Patiëntenfolder

Veilig slapen bij kinderen (WAKZ)

Doel Duidelijkheid en eenduidigheid van verpleegkundig handelen t.a.v. veilig slapen bij (onrustige) baby's en peuters. 

Deze informatie is opgesteld door het WAKZ.

  

Afkortingen en definities 

  • Nestje: Een afbakening om de baby, gemaakt van handdoekrollen overdekt met een babymolton 
  • Klip: Een knijper met een klittenband riempje eraan vast, waarmee snoeren samengebonden kunnen worden 
  • Vastleggen: De baby's hand wordt met een fixatiebandje vast gebonden aan het bedhekje 

Algemene opmerkingen 

  • Protocol gebaseerd op de adviezen van Consumenten en Veiligheid.
  • Structuur, rust en regelmaat in de zorg aanbrengen (dagprogramma). 
  • Bij onrustige baby's werken met het protocol Huilbaby's/excessief huilen. 
  • Als baby zichzelf vlot om en om kan draaien, kun je hem zelf zijn slaaphouding laten bepalen. 

Handelwijze 

Houding:

  • Baby's vanaf de geboorte in rugligging te slapen leggen 
  • I.p. géén buikligging. Indien baby's thuis gewend zijn te slapen in buikligging, en rugligging blijkt niet mogelijk, dan monitorbewaking. De monitorbewaking is voor de ademhalingsregistratie en moet volgens de standaard apnoe tijd worden ingesteld. 
  • Inbakeren 
  • I.p. geen baby's vastleggen in bed, tenzij medisch noodzakelijk en met toestemming van ouders. Zie protocollen rondom vrijheidsbeperkende maatregelen.
  • Wisselligging op medische indicatie. 
  • Geen doekjes e.d. op het hoofd van het kind leggen 

Bed:

  • Het matras in het ziekenhuis heeft vanuit hygiënisch oogpunt een plastic laag. Wees hierop alert. 
  • Het bedje laag opmaken met één of twee dunne dekens. Dit houdt in: wanneer de baby met de voetjes onderaan het bed ligt, de deken niet verder dan de oksellijn komt. Gebruik geendekbed bij kinderen jonger dan 2 jaar.
  • Geen zachte materialen als kussens in het bed leggen. 
  • De baby in eigen bed laten slapen 
  • Maximaal één knuffel in bed 
  • Nestjes ruim opzetten 
  • De maat van het bedje aanpassen aan de grootte en toestand van de baby; stabiele kleine baby's in een wiegje 
  • Maak gebruik van een slaapzak (bij gebruik van slaapzak hoeven er geen dekens gebruikt te worden) 

Omgevingsfactoren:

  • Snoeren van monitoren, infusen, sondevoeding e.d. aan een klip en zoveel mogelijk buiten bereik van de baby (tussen bed en matras). Overweeg bij peuters een slaapzak te gebruiken en de monitorsnoeren onder uit de slaapzak te laten komen. 
  • Mobiel hoog hangen, zodat de baby er niet bij kan 
  • Geen speelgoed in het bedje tijdens de nacht en rusturen 
  • Bed niet te dicht bij apparatuur of gordijnen 
  • Kleding van de baby; niet te warm of te koud. Bij kinderen > 2 weken kan een muts op het hoofd snel te warm zijn. 
  • Bij voorkeur de kruik gebruiken in bed om het op te warmen wanneer de baby er niet in ligt.  Wanneer de kruik toch gebruikt wordt als de baby in bed ligt, dan alleen aan het voeteinde gebruiken met een laken ertussen, zodat er geen direct contact met de baby is 

Overig:

  • Borstvoeding stimuleren (i.v.m ontwikkeling hoofd/hals spieren, met als gevolg een betere hoofdbalans en het aanwezig zijn van een grotere wekprikkel) 
  • Het maken van een zelf gemaakte fopspeen is niet toegestaan, ouders zijn zelf verantwoordelijk voor het aanschaffen van een goede fopspeen 

Aandachtspunten:

  • De (kinder)verpleegkundige moet alert zijn op de risicofactoren die benoemd worden in de folder "veilig slapen"
  • Risicofactoren met ouders bespreken en folder 'Veilig slapen' meegeven. 
  • Uitreiken van de folder ''veilig slapen'' aan ouders die weinig of nog niet thuis geweest zijn met hun baby, aan ouders die niet werken volgens de richtlijnen uit de folder en aan ouders waarvan hun kind opgenomen is met een ALTE 

Verwijzingen 

De folder ''veilig slapen'' van consument en veiligheid, ook verkrijgbaar in verschillende talen