Zaadbalkanker (testiscarcinoom)
Deze informatie is opgesteld door de afdeling(en) Urologie.
Wat is Zaadbalkanker (testiscarcinoom)?
Zaadbalkanker is kanker in de zaadbal. Zaadbalkanker wordt ook wel teelbalkanker of testiscarcinoom genoemd. Zaadbalkanker ontstaat meestal in de cellen die het zaad produceren: de kiemcellen. Zaadbalkanker valt daarom onder de kiemceltumoren.
Twee soorten zaadbalkanker
Er zijn twee soorten kiemceltumoren in de zaadbal:
- seminomen, deze tumoren ontstaan in het binnenste deel van de zaadbal, waar de zaadcellen worden gemaakt.
- non-seminomen, dit zijn alle andere kiemceltumoren in de zaadbal.
Soms bestaat een tumor in de zaadbal uit een combinatie van een seminoom en een non-seminoom. We delen de tumor dan in bij de non-seminomen. Het onderscheid tussen seminoom en non-seminoom is van belang voor de nabehandeling en de controles nadat de behandeling is afgerond.
Verschijnselen
- De meeste mannen die zaadbalkanker hebben, voelen zelf een zwelling of verharding in de zaadbal.
- Door de zwelling of verharding voelt de zaadbal anders aan.
- De verharding is meestal pijnloos. In een enkel geval is er wel sprake van pijn.
- Ook een dof, zwaar gevoel in de onderbuik, achter de balzak of in de balzak zelf, kan een symptoom zijn van zaadbalkanker.
Oorzaak
Over de oorzaken van zaadbalkanker is nog weinig bekend. Wel weten we dat sommige mannen een groter risico hebben dat ze zaadbalkanker krijgen. Het gaat om de volgende groepen:
- Mannen die in of na hun pubertijd een operatie hebben gehad omdat de zaadballen niet ingedaald waren. Deze groep mannen heeft twee tot drie keer zoveel kans op zaadbalkanker als mannen die deze operatie voor hun pubertijd hebben ondergaan.
- Mannen die eerder zaadbalkanker hebben gehad. Bij 2 tot 3% van de mannen met zaadbalkanker ontstaat een paar jaar na de behandeling een tumor in de andere zaadbal. Het gaat hierbij niet om een uitzaaiing, maar om een nieuwe tumor.
- Mannen die een verschrompelde zaadbal hebben, bijvoorbeeld door een verminderde bloedvoorziening. Dit noemen we ook wel testisatrofie. Waarom kanker eerder ontstaat in een verschrompelde zaadbal, is nog niet duidelijk.
- Mannen bij wie zaadbalkanker in de familie voorkomt. We weten nog niet of erfelijkheid hierbij een rol speelt.
- Mannen die onvruchtbaar zijn.
Mannen die langdurig marihuana hebben gebruikt.
Waarom u bij ons in goede handen bent
Multidisciplinair team
Binnen het LUMC werken specialisten van verschillende afdelingen samen om tot een goed onderbouwde diagnose en een optimaal behandelplan te komen. Al onze patiënten bespreken we uitgebreid in een wekelijks multidisciplinair overleg. Daarbij zijn de artsen van alle betrokken afdelingen aanwezig. Juist dankzij de samenwerking tussen specialisten uit verschillende disciplines kunnen we de beste zorg bij zaadbalkanker bieden.
Wetenschappelijk onderzoek
Het LUMC is niet alleen een centrum van zorg, maar ook een onderzoekscentrum. Door wetenschappelijk onderzoek te doen, proberen we mensen met zaadbalkanker steeds beter te helpen. We doen onder meer onderzoek naar betere diagnosemethoden en betere behandelingen van zaadbalkanker.
De resultaten van het onderzoek zetten we in bij de behandeling van onze patiënten. Als patiënt hebt u dus rechtstreeks profijt van die resultaten.
Het eerste verschijnsel bij zaadbalkanker is een meestal pijnloze verharding in de zaadbal. Dit is voor uw huisarts altijd reden om u te verwijzen naar de uroloog.
Afspraak maken voor (snel)diagnose zaadbalkanker
Uw huisarts of specialist overlegt met de dienstdoende uroloog en verwijst u naar de afdeling Urologie. Wij nemen vervolgens contact met u op om een afspraak te maken. Als het vermoeden bestaat dat u zaadbalkanker heeft, kunt u altijd op dezelfde dag of op de dag daarna bij ons terecht. Op de dag van de afspraak kunt u zich melden aan de balie van de polikliniek Urologie (route 586).
Wie komt u tegen en wat kunt u verwachten?
Bij uw eerste bezoek aan de polikliniek heeft u een afspraak met de uroloog. Dit is uw behandelend arts. De uroloog vraagt naar uw klachten en verricht een lichamelijk onderzoek. Soms kan de uroloog u op basis van dit onderzoek geruststellen. Als de uroloog vermoedt dat u zaadbalkanker heeft, dan volgt een echografisch onderzoek en een bloedonderzoek.
Echografisch onderzoek
Op de dag van de afspraak met de uroloog of op korte termijn daarna bezoekt u de afdeling Radiologie voor een echo. Tijdens de echo bekijkt de radioloog of de verharding in de zaadbal er uitziet als zaadbalkanker.
Bloedonderzoek
Bij het bloedonderzoek wordt onder andere bekeken of er zogenoemde tumormarkers in het bloed aanwezig zijn. Dit zijn stoffen (alfa-foetoproteïne, beta-HCG en LDH) die in een verhoogde concentratie aanwezig zijn bij zaadbalkanker.
Wat als blijkt dat u zaadbalkanker hebt?
Als het echografisch onderzoek en het bloedonderzoek wijzen op zaadbalkanker, is het nodig om de zaadbal te verwijderen. Dit gebeurt door de uroloog en heet een orchidectomie. Deze operatie vindt plaats binnen 3 dagen na de diagnose. Na de ingreep onderzoekt een patholoog onder de microscoop het weefsel dat tijdens de operatie is weggenomen. Zo kan de patholoog vaststellen welk soort zaadbalkanker u heeft.
Het verwijderen van de zaadbal maakt in principe dus nog onderdeel uit van het diagnosetraject en is het eerste onderdeel van de behandeling. Na de operatie volgt verdere diagnostiek om uiteindelijk tot een plan voor de vervolgbehandeling te kunnen komen.
Tijdens de orchidectomie bestaat de mogelijkheid een siliconen testisprothese terug te plaatsen. Uw behandelend uroloog zal dit met u bespreken. Vanwege het infectierisico kiezen de meeste mannen er niet voor dit direct te laten doen. Indien er een blijvende wens is voor de plaatsing van een testisprothese, kan dit ook altijd nog op een later moment.
CT-scan
Een laatste onderdeel van het diagnosetraject is een CT-scan. Hiermee bekijken we of er uitzaaiingen zijn in de longen of de buik.
Verwijzing naar oncoloog
Nadat de zaadbal verwijderd is, wordt u verwezen naar de oncoloog. Die zal u verder behandelen. Het kan zijn dat een uroloog in een ander ziekenhuis bij u de diagnose heeft gesteld en de zaadbal heeft verwijderd. U wordt dan naar het LUMC verwezen voor het vervolg van de behandeling bij de oncoloog.
Vruchtbaarheid
Iedere ingreep in de zaadbal kan invloed hebben op de vruchtbaarheid. Ook de behandeling bij de oncoloog kan de vruchtbaarheid verminderen. De artsen zullen dit met u bespreken. Met de ontwikkeling van voortplantingstechnieken als kunstmatige inseminatie (KI), in vitro fertilisatie (IVF) en intro cytoplasmatische sperma injectie (ICSI) zijn de mogelijkheden om kinderen te krijgen toegenomen. Het kan zinvol zijn om zaadcellen in te vriezen voordat u een behandeling ondergaat die de vruchtbaarheid kan verminderen. U kunt deze zaadcellen dan later gebruiken. In overleg met u bekijken we of dit mogelijk en wenselijk is.
Uitslag van het onderzoek
De uitslagen van de onderzoeken krijgt u tijdens uw bezoek aan de polikliniek van de specialisten te horen. Het pathologisch onderzoek neemt enige tijd in beslag. Binnen 2 weken komt u voor controle bij de polikliniek Urologie. Dan bespreken wij de uitslag van het pathologisch onderzoek, de CT-scan en de definitieve diagnose met u.
Welke behandelingen zijn er mogelijk?
Als bij u zaadbalkanker is vastgesteld, dan krijgt u bij ons een behandeling op maat. De behandeling is afhankelijk van de grootte van de tumor, het soort zaadbalkanker en de aanwezigheid van uitzaaiingen. Het verwijderen van de zaadbal (zie bij diagnose) is het eerste onderdeel van de behandeling. In een multidisciplinair overleg bespreken we welke behandelstappen daarna nodig zijn. Bij dit overleg zijn urologen, internist-oncologen en radiotherapeuten aanwezig. We bespreken het behandelplan uitgebreid met u en alle keuzes bij de behandeling worden in overleg met u gemaakt. Dit is belangrijk omdat de behandeling ingrijpend kan zijn.
Nadat de uroloog de zaadbal heeft verwijderd, vindt de vervolgbehandeling plaats bij de oncoloog. Hieronder volgt een overzicht van de meest voorkomende vervolgbehandelingen bij de verschillende vormen van zaadbalkanker.
Non-seminoom zonder uitzaaiingen
- Regelmatig controles met bloedafnames, lichamelijk onderzoek en CT-scans.
Seminoom zonder uitzaaiingen
- Regelmatig controles met bloedafnames, lichamelijk onderzoek en CT-scans.
- Soms is eenmalig chemotherapie (carboplatin) noodzakelijk om de kans op latere uitzaaiingen te verkleinen. Deze medicatie krijgt u tijdens een dagopname toegediend.
Non-seminoom met uitzaaiingen
- Chemotherapie die bestaat uit drie tot vier kuren. Hierbij wordt u steeds één week opgenomen met enkele dagopnames tussendoor. De kuren worden één keer in de drie weken gegeven.
Seminoom met uitzaaiingen
- Chemotherapie die bestaat uit drie tot vier kuren. Hierbij wordt u steeds één week opgenomen met enkele dagopnames tussendoor. De kuren worden één keer in de drie weken gegeven.
Radiotherapie (bestraling).
Hoe kunt u zich op de behandeling voorbereiden?
Alle onderdelen van de behandeling kunnen ingrijpend zijn. Daarom is het goed als u zich oriënteert. Wat houdt de ziekte in? Wat zijn de behandelmogelijkheden? U kunt erover lezen en praten met uw familie en vrienden.
- Vragen kunt u altijd stellen in het gesprek met uw behandelaar. U kunt ook bellen met de polikliniek Urologie, tel. 071-526 23 04 of de polikliniek Medische Oncologie tel. 071-526 35 23.
- Als chemotherapie nodig is, krijgt u hier van te voren schriftelijke informatie over van uw arts. U krijgt ook een vragenlijst die dient als voorbereiding op het voorlichtingsgesprek met de oncologisch verpleegkundige. Dit gesprek vindt plaats tussen uw afspraak met de oncoloog en de opname voor het toedienen van de chemotherapie.
Wat is de prognose?
Meer dan 90% van de patiënten geneest van zaadbalkanker. De behandeling kan echter wel gevolgen hebben, zoals vermoeidheid, onvruchtbaarheid, angst dat de ziekte terugkomt of ontevredenheid over uw lichaam. Deze gevolgen kunnen invloed hebben op de kwaliteit van uw leven. Toch blijkt uit onderzoek dat 75% van de patiënten die genezen zijn van zaadbalkanker, tevreden is over de kwaliteit van hun leven. Ze hebben weinig last van lichamelijke, psychische en sociale problemen.
Mannen die een kinderwens hebben, kunnen voor de behandeling hun zaad laten invriezen bij de fertiliteitsarts. Dit kan een oplossing zijn als de chemotherapie of de ingreep aan de zaadbal tot gevolg heeft dat u onvruchtbaar wordt.
Meedoen aan wetenschappelijk onderzoek
Het LUMC is niet alleen een centrum van geavanceerde medische zorg, maar ook van geavanceerd medisch onderzoek. Wij doen regelmatig wetenschappelijk onderzoek naar de behandeling van zaadbalkanker. Afhankelijk van uw situatie kan de uroloog of oncoloog u vragen hieraan mee te doen. U mag hier ook altijd zelf naar informeren.
Deelname aan wetenschappelijk onderzoek gebeurt altijd op vrijwillige basis. Dat betekent dat u er ook op ieder moment mee kunt stoppen. Dit heeft uiteraard geen enkel gevolg voor uw verdere behandeling.
Na uw behandeling voor zaadbalkanker bieden wij verschillende vormen van nazorg. Dit is afhankelijk van het type behandeling dat u heeft ondergaan.
Welke specifieke nazorg kunnen we bieden bij deze aandoening?
Na afloop van uw behandeling controleert de arts nog enkele jaren of uw ziekte onder controle is en blijft. De arts let ook op bijwerkingen van de behandeling. Meestal bestaan de controles uit:
- lichamelijk onderzoek
- bloedonderzoek naar tumormarkers
- een CT-scan van de longen en buik
na 2 jaar mogelijk een longfoto en echografie van de buik.
Hoe vaak komt u op controle?
De frequentie van de controles hangt af van het soort zaadbalkanker waarvoor u bent behandeld:
- Bij non-seminoom zonder uitzaaiingen controleert de arts u in het eerste jaar na de behandeling elke maand.
- Bij seminoom zonder uitzaaiingen vinden deze controles in het eerste jaar na de behandeling om de 3 maanden plaats.
Bij uitgezaaide zaadbalkanker (seminoom en non-seminoom), die behandeld is met chemotherapie, controleert de arts u in het eerste jaar na de behandeling elke maand.
De controle-onderzoeken nemen daarna langzaam af tot eens per jaar. U blijft in totaal 5 tot 10 jaar onder controle. Dit is nodig omdat de behandeling ook op de lange termijn gevolgen kan hebben. Bovendien is er een risico dat de ziekte terugkeert. Als dit het geval is, kunnen wij dankzij de controles snel starten met een nieuwe behandeling, die als doel heeft u te genezen.
Aan het einde van de controleperiode krijgt u informatie en adviezen mee naar huis. Hierin staat onder andere waar u op moet letten en wanneer het belangrijk is contact op te nemen met de huisarts of de polikliniek. De arts informeert ook uw huisarts.
Waar moet u op letten na uw behandeling?
Wij raden u aan om na de behandeling regelmatig zelf de zaadbal te onderzoeken, bijvoorbeeld elke maand. Dit geldt zeker wanneer u een verhoogd risico heeft om opnieuw zaadbalkanker te krijgen. Uw arts zal dit met u bespreken.
- U kunt zichzelf het beste onderzoeken na een warm bad of een warme douche.
- Rol de zaadbal voorzichtig tussen uw duim en wijsvinger.
- Let vooral op of u een zwelling voelt, een verharding of een andere verandering.
- Voelt u iets afwijkends? Ga dan binnen een week naar uw huisarts of neem contact op met uw behandelend arts.
Contact bij problemen na uw behandeling
Problemen na de behandeling kunt u bespreken tijdens de controles. U kunt ook contact opnemen met:
- De polikliniek Urologie (na urologische ingrepen): 071 - 526 23 04 (maandag t/m donderdag van 8.00-12.30 uur en van 13.30-15.00 uur, vrijdag van 8.00-11.30 uur).
- De polikliniek Radiotherapie (na bestraling): 071 - 526 19 90 (dagelijks van 8.30-15.00 uur).
De polikliniek Medische Oncologie (na chemotherapie): 071 – 526 35 23 (dagelijks van 9:00-16:30 uur).
Behandelteam
De uroloog is uw behandeld (regievoerend) arts in de eerste fase van diagnose en behandeling. Daarna wordt u verder behandeld door de medisch oncoloog. Bij het onderzoek en de behandeling is een multidisciplinair team van specialisten en gespecialiseerde verpleegkundigen betrokken. Ook kunt u altijd terecht bij een van onze maatschappelijk werkers.
Dr. R.F.M. Bevers
Uroloog
Dr. H.W. Elzevier
Uroloog
Drs. E.J. van Gennep
Uroloog
Prof. dr. R.C.M. Pelger
Uroloog
Afdelingshoofd Urologie
Drs. W.C.G. Zonneveld
Uroloog
Drs. R. Altink-Kleijne
Radiotherapeut-oncoloog
Drs. S.A.C. Luelmo
Klinisch oncoloog
Prof. dr. S. Osanto
Klinisch oncoloog
Drs. E.J.F. van Reij
Radiotherapeut-oncoloog
Drs. L. Bakri
Radiotherapeut-Oncoloog
Dr. S.E. Rademakers
Radiotherapeut-Oncoloog
Dr. M. Donker
Radiotherapeut-Oncoloog
Wie kunt u nog meer tegenkomen?
Uroloog: Drs. J.I.M. van Uhm
Aan welke studies kan je meedoen?
Het onderzoek dat het LUMC doet naar zaadbalkanker kost veel geld. Een deel daarvan betaalt het LUMC zelf, maar voor een groot deel zijn we afhankelijk van fondsen en giften. Om onderzoek te kunnen blijven doen vragen wij uw financiële ondersteuning. Iedere donatie, zowel klein als groot, is zeer welkom.
Contact
Wilt u meer weten of hebt u nog vragen? Neem dan contact met ons op of volg de links voor aanvullende informatie.
Patiëntportaal mijnLUMC
In het patiëntportaal mijnLUMC vindt u een duidelijk overzicht van uw behandelingen en hebt u inzicht in uw medische gegevens. Snel en veilig. Thuis, onderweg en in het ziekenhuis.
Contactgegevens voor patiënten
- Polikliniek Urologie: 071 - 526 23 04 (maandag t/m donderdag van 8.00-12.30 uur en van 13.30-15.00 uur, vrijdag van 8.00-11.30 uur).
- Polikliniek Medische Oncologie: 071 – 526 35 23 (dagelijks van 9:00-16:30 uur).
- Polikliniek Radiotherapie: 071 - 526 19 90 (dagelijks van 8.30-15.00 uur).
Second opinion
Patiënten die een second opinion willen of telefonisch overleg, kunnen contact opnemen met het secretariaat van de polikliniek Oncologie, tel. 071-526 35 23. U kunt vragen naar de medisch oncoloog.
Links
Verwijsinformatie voor huisartsen en andere medisch specialisten
Vermoedt u dat uw patiënt zaadbalkanker heeft? Overleg dan direct met de dienstdoend uroloog. Dit kan via het secretariaat van de polikliniek Urologie, tel. 071-526 23 04 of via de telefooncentrale van het LUMC, tel. 071-526 91 11.
Huisartsen die zijn aangesloten bij ZorgDomein kunnen patiënten via ZorgDomein digitaal verwijzen.
Urologen uit andere ziekenhuizen die een patiënt met zaadbalkanker willen verwijzen naar de medisch oncoloog in het LUMC, kunnen contact opnemen met het secretariaat van de polikliniek Oncologie, via:
- Telefoonnummer 071-526 35 23
Faxnummer 071-526 65 13.
Benodigde gegevens
Wilt u een patiënt met zaadbalkanker naar ons verwijzen? Dan hebben wij de volgende gegevens van u nodig:
- Patiëntgegevens (NAW-gegevens, telefoonnummer waarop patiënt bereikt kan worden, BSN, overzicht huidige medicatie, relevante medische voorgeschiedenis)
- Verwijsbrief, inclusief laboratorium-, radiologie- en pathologie uitslagen.
Handige links