Patiëntenfolder

Kinderstamceltransplantatie, wat is een stamceltransplantatie?

Bij een stamcel-transplantatie (SCT) worden zieke stamcellen vervangen door gezonde stamcellen van iemand anders (een donor).

Stamcellen zitten in het beenmerg. 

Beenmerg zit in de botten.

Door de stamcellen worden nieuwe cellen van het bloed gemaakt: 

  • Rode bloedcellen: deze zorgen voor zuurstof in het lichaam 

  • Witte bloedcellen: deze beschermen het lichaam tegen ziektes 

  • Bloedplaatjes: deze zorgen dat wondjes dichtgaan, zodat het lichaam niet teveel bloed verliest 

De bloedcellen worden in het beenmerg gemaakt.

Daarna gaan de bloedcellen naar het bloed.

Te weinig bloedcellen

Bij een stamcel-transplantatie worden de eigen stamcellen eerst kapot gemaakt. 

Dit gebeurt door chemo-therapie en immuun-therapie. 

Hierdoor kunnen er geen eigen stamcellen meer worden gemaakt. 

Daarvoor in de plaats komen de nieuwe stamcellen van de donor. 

De nieuwe stamcellen zitten in een infuus-zak.

De behandeling is dus geen operatie.

De nieuwe stamcellen hebben tijd nodig om te groeien.

Pas als ze voldoende zijn gegroeid kunnen we zien dat ze bloedcellen maken.

Dat duurt meestal drie weken.

Maar het kan ook langer duren.

Tot de bloedcellen groeien zijn transfusies nodig.

Dat zijn rode bloedcellen en bloedplaatjes via een infuus.

We nemen vaak bloed af.

Daarin tellen we hoeveel bloedcellen er zijn.

Zo zien we of er nog meer rode bloedcellen en bloedplaatjes nodig zijn.

En of de nieuwe stamcellen al bloedcellen aan het maken zijn.

Een tijd zijn er ook weinig witte bloedcellen.

Zonder witte bloedcellen kun je ziek worden.

Je kunt dan een infectie krijgen.

Een infectie komt door een virus, bacterie of schimmel.

In het ziekenhuis zorgen we dat je zo goed mogelijk beschermd wordt tegen infecties.

Wie heeft een stamcel-transplantatie nodig?

De behandeling is voor kinderen die:

  • Een bloedziekte hebben.

Er is dan een probleem met de rode bloedcellen.

  • Een slechte afweer hebben.

Het lichaam kan zichzelf dan niet beschermen tegen ziektes.

Je wordt dan sneller ziek.

  • Een beenmergziekte hebben.

Hierbij worden verschillende bloedcellen te weinig gemaakt.

  • Een ziekte aan de stofwisseling hebben.

De cellen in het lichaam werken dan minder goed.

  • Kanker van bloedcellen of beenmerghebben.

Deze behandeling wordt in een ander ziekenhuis gedaan.

Of een stamcel-transplantatie een goede behandeling is hangt van veel dingen af:

  • Wat voor ziekte je hebt.

  • Hoeveel last je van de ziekte hebt.

  • En of er een andere manier is om de ziekte te behandelen.

Soms is een transplantatie een te groot risico.

Bijvoorbeeld omdat je ook een andere ziekte hebt.

Al deze dingen gaan we goed bekijken.

Ook overleggen we met andere dokters.

We praten hierover met jou en je ouders.