Patiëntenfolder

Kinderstamceltransplantatie, medicijnen na transplantatie

Tijdens en na de transplantatie kunnen zich verschillende problemen voordoen. Je krijgt medicijnen om de kans hierop kleiner te maken.

Problemen door de stamcel-transplantatie

Stamcellen worden afgestoten

Soms worden de stamcellen van de donor door je lichaam afgestoten.

Dit betekent dat de stamcellen geen nieuwe bloedcellen kunnen maken.

Dit kan de dokter in je bloed zien.

De dokter geeft hier uitleg over.

Stamcellen werken niet goed genoeg

Soms werken de stamcellen van de donor niet goed genoeg.

De stamcellen maken dan te weinig nieuwe bloedcellen.

De dokter praat dan met je of je extra stamcellen moet krijgen.

Of dat er een andere behandeling nodig is. 

De stamcellen vallen het lichaam aan

Het kan gebeuren dat de stamcellen van de donor (Graft) jouw lichaam (Host) aanvallen.

Dit wordt Graft versus Host ziekte genoemd (GvHD).

Je krijgt medicijnen om de kans op GvHD kleiner te maken.

Bijvoorbeeld ciclosporine.

Deze medicijnen moet je een aantal maanden gebruiken.


Er zijn twee soorten van deze ziekte:

  • Een acute vorm.

  • Een chronische vorm.

Acute GvHD

Klachten die hierbij passen zijn:

  • Koorts

  • Jeuk

  • Rode huid

  • Gele huid (geelzucht)

  • Diarree

Je kan na 2 weken deze klachten krijgen.

Chronische GvHD

Je kan klachten krijgen aan de organen.

Je kan na 3 maanden klachten krijgen.

Soms ook later.

Chronische GvHD komt niet vaak voor.

Heb je GvHD gekregen?

De dokter praat met je over de behandeling.

Je kan dan medicijnen krijgen zoals prednison.

We kijken of de medicijnen goed werken.

Dan heb je steeds minder medicijnen nodig.


Bescherming van de huid

Je huid is extra gevoelig voor de zon.

Je moet je huid goed insmeren met zonnebrand crème.

Gebruik een zonnebrand crème met factor 30 of hoger.

Wil je hier meer over weten?

Kijk dan op: https://www.kwf.nl/kanker-voorkomen/veilig-zonnen