“Het begint met een vraag stellen, dan ben je al vijf stappen verder dan menig ander”
&width=710&height=710)
Haar enthousiasme voor metabolisme valt op in gesprek met Vanessa. Dit is de route die voeding in het lichaam aflegt en alles wat daarbij komt kijken. Ze vertelt vol passie over dit onderwerp en het onderzoek dat ze hiernaar deed als biomedisch onderzoeker. Vanuit haar kennis en onderzoek is ze het onderwijs in “gerold”. Eerder had ze niet gedacht dat ze in een collegezaal kwam te staan. Toch verschijnt er steeds een hele grote lach op haar gezicht als ze het heeft over de gesprekken met “de onderzoekers van morgen”.
Welke lessen geef je?
“Ik geef les over metabolisme bij de opleidingen Biomedische Wetenschappen en ook een klein beetje bij Geneeskunde. Metabolisme is de route die je voeding in je lichaam volgt. Dus in welke kleine deeltjes dit wordt afgebroken, hoe die deeltjes door het lichaam gaan en hoe ze bijdragen aan jouw energie. We gaan daar heel diep op in, zowel op moleculair als scheikundig niveau. Daarnaast geef ik les over wetenschappelijke integriteit en ben ik jaarcoördinator van het eerste jaar van de bachelor Biomedische Wetenschappen.”
Waar komt die passie voor metabolisme vandaan?
“Zelf ben ik biomedisch onderzoeker. Biomedisch onderzoek richt zich op de oorzaken van ziektes en manieren om dit te voorkomen of tegen te gaan. Iets wat voor veel biomedisch onderzoekers herkenbaar is: je wilt graag tot in detail weten hoe dingen werken. Metabolisme is een onderwerp dat tot de verbeelding spreekt. Als ik een boterham eet, wat gebeurt daar dan mee? En als ik dit eet, kan ik dan goed sporten? Veel mensen willen weten hoe dit werkt. Dat is heel leuk, want ook studenten stellen hier veel vragen over. Bijvoorbeeld over wat ze zien op social media of in het nieuws.”
Hoe zorg je dat de stof up-to-date blijft?
“Wat ik probeer, is om in te spelen op de actualiteit. Dat verwerk ik in de opdrachten en lessen. Vaak staat de informatie dan nog niet in de tekstboeken. Dan zoek ik zelf de informatie op. Want de studenten stellen hier vragen over, omdat ze willen weten hoe het werkt. Ze stellen dan bijvoorbeeld een vraag over voedingssupplementen. Of vragen of het slim is om vlak voor het sporten een bord pasta te eten. Die vragen beantwoorden, is soms best lastig, want ik ben geen voedingsdeskundige. Maar vanuit wetenschappelijke inzichten, probeer ik met basisboeken wel uit te leggen welke routes er worden afgelegd.”
Wat vind je het meest uitdagende aan het lesgeven?
“Dat je lesmateriaal ontwikkelt waarmee het kwartje valt. Dat lukt overigens niet altijd. Ik probeer dit te achterhalen door de studenten zelf uit te laten leggen wat ze doen. En dan te kijken of wat ze zeggen, overeenkomt met wat ik over wilde brengen. Is dat niet het geval, dan moet je wat anders proberen. Daarnaast probeer ik ze te stimuleren om het aan te geven als ze ergens extra uitleg over willen. Dat vinden ze vaak toch nog wat spannend om te vragen, zeker tegenover medestudenten. Tegelijkertijd begint het allemaal met een vraag stellen, dan ben je al vijf stappen verder dan menig ander.”
“Wat dat betreft ben ik continu bezig met het lesmateriaal. Overigens ook als jaarcoördinator. We hebben regelmatig evaluaties waarbij studenten feedback geven. Zo zorgen we dat het onderwijs elk jaar een beetje beter wordt.”
Waar ben je het meest trots op?
“Dat ik bijdraag aan de basis van de onderzoekers van morgen. Met alle docenten bouwen we een fundament voor de studenten van waaruit zij zichzelf kunnen specialiseren. Dat is een hele belangrijke taak. Ik zou het leuk vinden als ik later nog eens in hun hoofd opkom met bijvoorbeeld de citroenzuurcyclus.”
Is dat een beroemd (en misschien ook berucht) onderwerp, de citroenzuurcyclus?
Lachend: “Klopt. Studenten denken vaak: wat moet ik hiermee? Maar het is wel gewoon waar de meeste cellen op draaien, dus het is wel belangrijk. Op internet zie je ook veel memes (vaak grappige afbeelding dat massaal op het internet wordt gedeeld) over dit onderwerp. Daar moet ik dan altijd hard om lachen. Ik gebruik ze ook in mijn eigen colleges.”
Wat hoop je dat de professoren van de toekomst écht meenemen uit jouw lessen?
“Dat het goed is om af en toe goed om even terug te gaan naar de basis. Je bent als onderzoeker zo gedetailleerd bezig, dat het soms goed is om even terug te gaan. Misschien leg je dan wel andere verbindingen en staat het antwoord dat je zocht al voor een deel in de basisboeken.”
Tot slot, waarom ben je docent?
“Ik vind het gewoon ontzettend leuk om te doen. Het is heel bijzonder om studenten te zien groeien van een leerling die net van de middelbare school komt, naar een onderzoeker in spé. De interactie met jonge mensen en dat je het hebt over leerstof die je zelf leuk vindt, is een geweldige combinatie.”
In ‘Daarom docent’ zijn onze docenten aan het woord. Mensen uit het vak die zich elke dag inzetten voor onze toekomstige zorgprofessionals. Uiteraard met uitdagingen, maar vooral met heel veel plezier.