Patiëntenfolder

Suprapubische katheter

Een suprapubische katheter is een flexibel slangetje, dat via een incisie via de buikwand, in de blaas wordt of is ingebracht. Om te voorkomen dat de katheter uit de blaas glijdt, bevindt zich aan het uiteinde een ballonnetje dat gevuld wordt met water. Door de katheter kan de urine aflopen in een opvangzak.

Deze informatie is opgesteld door de afdeling(en) Urologie.

Het onderzoek / de behandeling

Hoe gaat het onderzoek / de behandeling in zijn werk?

Welke soort opvangzak kunt u gebruiken?  

Er zijn twee soorten opvangzakken, een (kleine) dagzak en een (grote) nachtzak. Overdag kan een kleine opvangzak aan het uiteinde van de katheter bevestigd worden. Deze zak kunt u met behulp van bandjes aan uw bovenbeen bevestigen.  

De lengte van de verbindingsslang van de beenzak is eenvoudig korter te maken, door deze op de gewenste lengte af te knippen.  

Voor 's nachts is er een grotere opvangzak met een lange verbindingsslang. Deze opvangzak kunt u met behulp van het ophangrekje aan het bed bevestigen. U moet wel zorgen dat deze lager hangt dan de blaas voor een goede afloop van de urine.  

Om de opvangzak te legen opent u het kraantje en laat u de urine in het toilet wegvloeien. De opvangzakken kunt u ongeveer 3 dagen gebruiken. Indien de opvangzak beschadigd raakt, moeilijk leeg te maken is of onaangenaam om te dragen wordt, kunt u deze nog eerder vervangen.  

De opvangzak kunt u na gebruik doorspoelen met kraanwater en de volgende dag of nacht weer gebruiken.  

Waar moet u op letten direct na het onderzoek / de behandeling?

Verzorging  

Met een suprapubische katheter kunt u gewoon douchen. Was minimaal 1 keer per dag de huid rondom de suprapubische katheter. Het is voldoende om dit met water te doen.U kunt de insteekopening ook onder de douche reinigen en droog deppen met een schone handdoek.    

Het is belangrijk dat u de handen wast voor en na het loskoppelen of het vervangen van de opvangzak. Als er nog urine uit de incisie lekt, kunt u een (ingeknipt) verband aanbrengen. Indien er geen urine meer uit de incisie komt, hoeft u geen verband meer te gebruiken.   

Let erop dat de katheter niet trekt. Draag loszittende kleding, te strakke kleding kan de urinestroom onderbreken.   

Blaasontsteking 

Met een suprapubische katheter is de kans op een blaasontsteking groot. Het is daarom van belang dat er een goede doorstroming van urine is.    

Om dit te bevorderen kunt u:  

  • De opvangzak regelmatig legen in het toilet, en niet wachten tot de zak overvol zit. 
  • Als u loopt, zit of ligt, zorgen dat de opvangzak lager hangt dan de blaas. 
  • Een ruime hoeveelheid drinken; minimaal 1,5 liter per dag, dit om te zorgen dat er voldoende urine wordt geproduceerd.  

Wat is de prognose?

De meest voorkomende problemen  

Geen lozing van urine 

  • Als er geen lozing van urine is, kunt het volgende zelf nagaan: 
  • Vertoont de katheter knikken die de afvloed verhinderen. 
  • Bevindt de opvangzak zich onder het niveau van de blaas. 
  • Is de opvangzak goed aan het uiteinde van de katheter aangesloten. 
  • Heeft u voldoende gedronken.

Urinelekkage 

Af en toe kan urine lekken via de plasbuis, waardoor u normaal plast. Dit is waarschijnlijk te wijten aan een blaaskramp. Ga na of er geen knik in de katheter zit en of deze niet verstopt is. Indien er te veel urine via de insteekopening van de katheter lekt, waarschuw dan de huisarts of de polikliniek van het ziekenhuis.  

Nazorg

Welke specifieke nazorg kunnen wij bieden?

Het afdoppen van de suprapubische katheter  

U mag alleen in opdracht van de uroloog de suprapubische katheter afdoppen!

Voor het starten met afdoppen van de katheter moet u beginnen met de antibioticakuur die de uroloog u heeft voorgeschreven.  

Het afdoppen van de suprapubische katheter wordt u uitgelegd in het ziekenhuis.   

U doet een dopje op het uiteinde van de suprapubische katheter. Nu moet u voldoende drinken.  

Na enige tijd zult u aandrang krijgen om te urineren. Als het u gelukt is om op de normale manier te urineren en u het gevoel heeft goed te hebben uitgeplast, moet u gaan meten hoeveel urine er in de blaas achterblijft. Dit doet u door het stopje van de suprapubische katheter af te halen en de katheter leeg te laten lopen in een maatbeter.  

De hoeveelheid die achterblijft in de blaas noteert u elke keer en deze bevindingen neemt u mee naar de polikliniek bij de eerstvolgende afspraak.  

Lukt het spontaan urineren na enkele keren proberen niet, of u urineert hele kleine beetjes en er blijft veel urine achter in de blaas (meer dan 100 ml), sluit dan de suprapubische katheter weer aan op de opvangzak.    

's Nachts kunt u de katheter weer aansluiten op de nachtzak, ook als het spontaan urineren overdag is gelukt.   

Medisch speciaalzaak  

In samenwerking met een Medisch speciaalzaak (voor meer informatie zoals telefoonnummer en adres zie bijgevoegd kaartje) verstrekt de afdeling startpakketten voor patiënten die naar huis gaan met een verblijfskatheter.

De afdelingsverpleegkundige vraagt aan u toestemming om uw persoonlijke gegevens zoals adres en polisnummer van uw ziektekostenverzekering door te geven aan de medisch speciaalzaak. De medische speciaalzaak declareert rechtstreeks de kosten van het startpakket bij uw ziektekostenverzekeraar. 

U krijgt van de verpleegkundige het startpakket mee naar huis. Indien u nog extra materialen nodig heeft kunt u bellen naar de Medische Speciaalzaak en uw bestelling doorgeven. Bestellingen die tijdens kantooruren  zijn gedaan worden de volgende dag via de post geleverd. 

Meer informatie

Contactgegevens van de betrokken poliklinieken

Vragen  

Indien u na het lezen van deze folder nog vragen heeft kunt u terecht bij uw afdeling of de polikliniek Urologie.

Deze folder betreft een algemene voorlichting en is bedoeld als extra informatie naast het gesprek met uw behandelend arts. Bijzondere omstandigheden kunnen tot wijzigingen
aanleiding geven. Dit zal altijd door uw uroloog aan u kenbaar worden gemaakt.  

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen dan kunt u op maandag t/m donderdag tussen 8.00 -11.30 uur en van 13.30-15.00 uur en op vrijdag van 8.00-11.30 uur contact opnemen met de polikliniek Urologie via tel. 071-526 2304 of indien u op de afdeling Gynaecologie opgenomen bent geweest, 071-526 2539.