Patiëntenfolder

Virusspecifieke T cellen

Lees meer over virusspecifieke T cellen.

Deze informatie is opgesteld door de afdeling(en) Hematologie.

Onze zorg

Waarom doen we dit onderzoek/deze behandeling?

Patiënten die behandeld worden met allogene stamceltransplantatie hebben een verhoogd risico op het optreden van bepaalde ernstige virusinfecties na transplantatie. Vooral het cytomegalovirus (CMV) kan ernstige complicaties geven na transplantatie en zelfs leiden tot de dood. Om die reden wordt bij patiënten na allogene stamceltransplantatie door middel van bloedonderzoek nauwgezet gekeken of er sprake is van activatie van dit virus. Wanneer het CMV virus in het bloed verschijnt en niet snel weer verdwijnt, wordt de patiënt in eerst instantie behandeld met antibiotica. Als dit onvoldoende effect heeft, zal het virus onderdrukt moeten worden met specifieke afweercellen. Deze afweercellen komen meestal voor in het bloed van de donor of de patiënt vóór transplantatie. Blijkt na de transplantatie dat deze afweercellen er niet zijn dan is er een grote kans dat het maar zeer moeizaam of zelfs niet lukt de virusinfectie onder controle te krijgen. 

Het onderzoek / de behandeling

Hoe gaat het onderzoek / de behandeling in zijn werk?

Bij sommige patiënten en donoren is het mogelijk om afweercellen die specifiek zijn voor het CMV virus uit het bloed te isoleren en in het laboratorium op te kweken. Onderzoek op het laboratorium voor Experimentele Hematologie heeft laten zien dat het mogelijk is deze virusspecifieke afweer (T) cellen toe te dienen aan patiënten zonder dat hierbij ernstige bijwerkingen optreden. De mogelijkheid patiënten te behandelen met virusspecifieke T cellen hangt af van de weefseltypering en het type virusinfectie. Patiënten die een hoog risico hebben op ernstige CMV ziekte en in aanmerking komen voor deze behandeling zullen worden benaderd om mee te doen aan onderzoek naar de doelmatigheid van de toediening van deze virusspecifieke T cellen. Deze behandeling moet leiden tot een kleinere kans op complicaties na transplantatie en een grotere kans om infectie met CMV na transplantatie onder controle te krijgen. 

In de toekomst zal deze behandeling worden uitgebreid naar andere virusinfecties zoals adenovirus infectie en infectie met het Epstein Bar virus (EBV). Ook deze virussen kunnen ernstige complicaties na transplantatie tot gevolg hebben.