Patiëntenfolder

Ovulatie stimulatie

Uit onderzoek is gebleken dat u zelf geen goede ovulatie (eisprong) in gang zet. Uw behandelend arts heeft met u gesproken over het starten van een ovulatie stimulatie (OVS) behandeling. Met deze behandeling wordt getracht één eiblaasje per maand tot ontwikkeling te krijgen en daarmee tot een eisprong te brengen, waarmee een kans op zwangerschap ontstaat. Deze folder geeft aanvullende informatie over deze behandeling.  Eisprong, bevruchting en zwangerschap    Om een kans op zwangerschap te hebben is het van belang dat bij de vrouw een eisprong plaatsvindt en dat de vrijgekomen eicel door een zaadcel kan worden bevrucht. Bij vrouwen met een regelmatige menstruatiecyclus (variërend tussen 21 en 35 dagen) is de kans op een eisprong en daarmee het vrijkomen van een eicel erg groot. Bij een cyclusstoornis, de aanwezigheid van een onregelmatige dan wel de afwezigheid van een cyclus, is de kans op een eisprong en daarmee een kans op het ontstaan van een zwangersc

Deze informatie is opgesteld door de afdeling Gynaecologie.

Voorbereiding

Wat gaat er vooraf aan het onderzoek of de behandeling?

Zaadonderzoek  

Voorafgaand aan de start van een OVS behandeling zullen wij (of de huisarts) de kwaliteit van het zaad van uw partner controleren.  

Gemeenschap  

Om de kans op een zwangerschap te optimaliseren, adviseren wij u om in de periode voor de eisprong om de dag gemeenschap te hebben.

Het onderzoek / de behandeling

Hoe gaat het onderzoek / de behandeling in zijn werk?

Procedure  

Een OVS behandeling kan met verschillende middelen uitgevoerd worden:  

  • GnRH pomp  
  • Letrozol tabletten  
  • Clomifeencitraat tabletten  
  • FSH/uFSH injecties

Een OVS behandeling kan gestart worden vanaf het begin van een nieuwe menstruatiecyclus. In sommige situaties wordt bij een langdurige afwezigheid van de menstruatie een bloeding opgewekt door het gebruik van een kuur Primolut. Voorafgaand aan deze kuur dient u eerst een zwangerschapstest in de urine verricht te worden.  

GnRH-pomp  

Indien bij u vastgesteld is dat de hypofyse niet goed wordt gestimuleerd, kan er gestart worden met het onderhuids toedienen van GnRH via een pompje. Voor het aansluiten van het pompje krijgt u aanvullende instructies op de polikliniek. Het pompje geeft in pulsen kleine hoeveelheden GnRH af, met als doel het opwekken van een eispong. Door middel van echo-onderzoek wordt de stimulatie vervolgd (zie ‘echo-monitoring bij OVS behandeling’) om de juiste dosering van het optreden van een respons te vinden. Indien de juiste dosering is bereikt is het doorgaans niet nodig volgende cycli echografisch te vervolgen. 

Letrozol  

Bij een behandeling met Letrozol (aromatase remmer) wordt indirect geprobeerd de eigen cyclus te stimuleren. Letrozol is een medicijn dat geregistreerd is voor de behandeling van borstkanker. Voor het opwekken van een eisprong wordt Letrozol ‘off-label’ gebruikt. Uit onderzoek en ervaring is gebleken dat Letrozol ook voor deze indicatie veilig en effectief gebruikt kan worden.  

Letrozol is een tablet die gedurende 5 dagen gebruikt moet worden van cyclusdag 3 tot en met cyclusdag 7. De dosering kan variëren van 2,5 mg – 7,5 mg. Uw behandeld arts zal met u bespreken welke dosering u moet gebruiken. Ook zal uw behandelend arts met u bespreken of het uitvoeren van echomonitoring (het vervolgen van de ontwikkeling van een eiblaasje door echografisch onderzoek te verrichten) noodzakelijk is.  

Clomifeencitraat (Clomid)  

Bij Clomid wordt de eisprong getracht te stimuleren met behulp van tabletten. Deze tabletten (anti-oestrogenen) proberen indirect de stimulatie naar de eierstokken te versterken. De tabletten dienen gedurende 5 dagen gebruikt te worden van cyclusdag 3 tot en met dag 7. De dosering kan 50 mg, 100 mg of 150 mg zijn. Uw behandeld arts zal bespreken welke dosering u moet gebruiken en aangeven of aanvullende echo-monitoring nodig is.  

FSH/uFSH injecties  

Follikel stimulerend hormoon (FSH) kan middels dagelijkse onderhuidse injecties worden toegediend. Het middel stimuleert direct de ontwikkeling van een eiblaasje. Sommige vrouwen hebben voor een goede ontwikkeling van een eiblaasje naast FSH ook wat LH nodig. Urinair FSH (uFSH) bevat een combinatie van LH en FSH. Ook dit middel wordt via dagelijkse onderhuidse injecties toegediend. Uw behandeld arts zal bespreken welke dosering u van dit middel moet gebruiken.  

U krijgt een prikinstructie zodat u leert zelf de injecties toe te dienen. U maakt voor de start van de behandeling een afspraak voor deze instructie met de IVF verpleegkundige.  

De injecties worden dagelijks gebruikt vanaf de 3e dag van de cyclus. De injectie moeten in de avond gebruikt worden. Uw behandelend arts zal bespreken welke medicatie en in welke dosering u dit middel moet gebruiken.  

Bij het gebruik van FSH/uFSH is het van belang dat de cyclus met echo-controles wordt vervolgd om goed de respons op de medicatie te kunnen vervolgen. Zodra een eiblaasje groot genoeg is, moet een ander hormoon, Ovitrelle, middels een injectie worden toegediend. Dit hormoon zorgt voor het in gang zetten van de eisprong. 

Echo-monitoring bij een OVS behandeling  

Bij sommige OVS behandelingen bestaat er een indicatie tot het monitoren van de cyclus. Uw behandelend arts zal met u bespreken of dit van toepassing is. 

Bij de start van de menstruatie in de cyclus dat u met de OVS behandeling gaat starten, mag u een e-consult sturen om de eerste dag van de menstruatiecyclus aan ons door te geven. Indien gewenst kunt u ook op de eerste werkdag ná de start van de menstruatie contact opnemen met het secretariaat gynaecologie (tel. 071 – 526 2870) om de eerste dag van de menstruatiecyclus door te geven. Er wordt dan voor u een eerste echo-controle afgesproken rond cyclusdag 10/11.  

Bij het echo-onderzoek wordt er een inwendige (vaginale) echo verricht, waarbij de dikte van het baarmoederslijmvlies wordt opgemeten en de eiblaasjes in de eierstokken worden opgemeten.  

Op de dag van het echo-onderzoek ontvangt u voor 16.00 uur een e-consult met het verdere beleid. Soms wordt bij het eerste echo-onderzoek al een dominant eiblaasje waargenomen en kan de eisprong binnen een paar dagen worden verwacht. Veelal zijn echter meerdere echo-controles nodig voordat dit punt wordt bereikt. Daarbij kan het ook nodig zijn dat de dosering van de medicatie wordt aangepast. Deze informatie kunt u in het e-consult teruglezen.  

Het is belangrijk om goed te controleren dat u voldoende medicatie in huis heeft om de behandeling te kunnen continueren. U kunt bij de IVF verpleegkundige op de dag van uw echo-controle een herhaalrecept opvragen. De medicatie is alleen in de poli-apotheek van het LUMC te verkrijgen. Deze is in de avond gesloten en in het weekend beperkt geopend.

Wat is de prognose?

Bij de behandeling met clomifeencitraat krijgt ongeveer 80% van de vrouwen een eisprong. De kans dat er na een OVS behandeling een zwangerschap ontstaat is per cyclus 10-15%. Na een jaar behandelen is, afhankelijk van de indicatie, 65-85% van de patiënten zwanger.

Wat zijn de risico's, bijwerkingen of complicaties?

Staken van een OVS behandeling  

Als u gestart bent met medicatie voor een OVS behandeling wil dit niet zeggen dat er een eisprong gaat plaatsvinden. Indien u op een lagere dosering niet reageert (hyporespons) zal uw behandeld arts met u bespreken hoe bij een volgende cyclus de medicatie aangepast zal worden.  

Ook kan het zijn dat u wel op de medicatie reageert en eiblaasjes gaan rijpen, maar dat het aantal te veel is (hyperrespons) en het risico van een grote meerlingzwangerschap ontstaat. Gezien dit risico zal de behandeling voortijdig worden gestaakt en dient u beschermd te vrijen tot de start van een nieuwe menstruatiecyclus. 

Bijwerkingen en risico’s  

De meest voorkomende bijwerking is het voorkomen van klachten van opvliegers bij het gebruik van Letrozol en Clomifeencitraat. Andere verschijnselen zijn misselijkheid, lichte buikpijn (voornamelijk in het laatste gedeelte van de cyclus) en soms minder goed zien. Deze klachten verdwijnen vanzelf kort na de behandeling. Voor de medicatie per injectie geldt dat sommige vrouwen reactie op de injectieplaats hebben, zoals jeuk of een bloeduitstorting.

Soms kan het voorkomen dat de eierstokken te heftig reageren. Er kan dan sprake zijn van een overstimulatie. Wanneer u twee weken nadat u gestopt bent met Letrozol/Clomifeencitraat of één week na de Ovitrelle injectie ernstige buikpijnklachten en gewichtstoename (>2 kg) opmerkt, is het verstandig contact op te nemen met de IVF verpleegkundige (tel. 071 – 526 4052).  

De kans op een meerlingzwangerschap (veelal een tweeling) is na een OVS behandeling circa 10%, dat is 5-10 keer groter dan in een spontaan ontstane zwangerschap. De kans op een meerling met een GnRH pomp is met name in de eerste cyclus verhoogd.

Nazorg

Waar moet u op letten na uw onderzoek/behandeling?

Foliumzuur  

Wij adviseren om dagelijks 0,4 – 0,5 mg foliumzuur in te nemen om de kans op een kind met een open rug (spina bifida) te verkleinen.  

Lifestyle  

We adviseren om een gezond gewicht na te streven. Een normaal gewicht bevordert de werking van de medicatie en verbetert bovendien de kans op zwangerschap. Ook adviseren wij u en uw partner niet te roken.

Emotionele verwerking  

Zoals u waarschijnlijk begrepen of inmiddels ervaren heeft, kan een vruchtbaarheidsonderzoek en behandeling ingrijpend zijn. Het onderzoek kan veel tijd vergen, de medische onderzoeken kunnen onprettig zijn en vaak betekent het een inbreuk op de intieme kant van uw persoonlijke leven. Bovendien weet u van tevoren niet of alle inspanningen ooit resultaat zullen hebben. Al met al een onzekere situatie. Ook de medewerkers van de afdeling beseffen dat er onprettige kanten zijn aan het onderzoek en zullen hier zoveel mogelijk rekening mee houden. Twee ervaringen waar veel paren in de loop van het wachten op een gewenste zwangerschap mee te maken kunnen krijgen, willen we kort noemen. In de eerste plaats problemen in de relatie en vooral rond seksueel contact. Vrijen op 'commando' omdat je in de vruchtbare periode bent, gaat vaak ten koste van de spontaniteit en kan problemen geven. Het kan aanleiding zijn voor spanningen binnen de relatie. Het is heel belangrijk om hier samen over te (blijven) praten. Een andere ervaring die veel paren hebben, zijn de opmerkingen/reacties van de buitenwereld. Soms zijn het reacties van onbegrip ("Er zijn ergere dingen in de wereld"), soms goed bedoelde maar nutteloze adviezen. Weet dat ons medisch maatschappelijk werk veel ervaring heeft met paren die in vergelijkbare situaties hebben gezeten en soms handvatten kunnen bieden in deze lastige tijd. U kunt uw behandelend arts vragen om u te verwijzen naar hen, dan wel zelf contact op nemen (tel. 071 – 526 3040, of een mail sturen naar: maatschappelijkwerk@lumc.nl. Ook patiënten-vereniging Freya, www.freya.nl, biedt veel informatie over vruchtbaarheidsstoornissen en lotgenotencontact. 

Meer informatie

Contactgegevens van de betrokken poliklinieken

Bij vragen kunt u contact opnemen met:  

Polikliniek Gynaecologie/ Voortplantingsgeneeskunde  

Tijdens werkdagen bereikbaar tussen: 09.00 en 12.00 uur en van 13.30 tot 15.00 uur via telefoonnummer 071 – 526 2870.  

De IVF verpleegkundige is op werkdagen bereikbaar van 8.30 – 16.30 uur via 071 – 526 4052. 

Ook kunt u ons (bij niet spoed-eisende) vragen een e-consult sturen.  

Bij spoedvragen, die niet tot de volgende werkdag kunnen wachten, kunt u buiten kantoortijden contact met ons opnemen via 071 – 526 9111 en vragen naar de dienstdoende gynaecoloog.