Groeihormoon Releasing Hormone (GHRH)-/Arginine-test
Deze informatie is opgesteld door de afdeling(en) Endocrinologie.
Wat is Groeihormoon Releasing Hormone (GHRH)-/Arginine-test?
GHRH staat voor Groeihormoon Releasing Hormone.
Hoe gaat het onderzoek / de behandeling in zijn werk?
De drain zal door de longarts op de behandelkamer worden ingebracht. U hoeft hiervoor niet nuchter te zijn. Als u een bloedverdunner gebruikt, moet deze soms voor het plaatsen van de drain tijdelijk gestopt worden. Dit wordt van tevoren door de arts met u besproken. Tijdens het plaatsen van de IPC wordt de arts geassisteerd door twee verpleegkundigen. Terwijl één van de verpleegkundigen de arts assisteert, wordt u door de andere verpleegkundige begeleid tijdens het plaatsen van de drain.
Er zal u gevraagd worden (een gedeelte van) het bovenlichaam te ontbloten. Uw huid wordt gedesinfecteerd. Daarna wordt de huid verdoofd waardoor u de ingreep nog wel voelt maar geen pijn meer doet. Vervolgens maakt de arts twee kleine sneetjes in de huid. Het uiteinde van de drain komt in de borstholte te liggen. Een gedeelte van de drain ligt onder de huid en wordt vastgemaakt met een hechting om te voorkomen dat de drain verschuift. Het sneetje waar de drain uit komt noemen we insteekopening. Deze bevindt zich vaak op een van beide flanken. Na plaatsing steekt het slangetje ongeveer 15 cm uit de borstkas. Daarna kan de drain worden gekoppeld aan een vacuümopvangpot en nadien verbonden worden.
Fig. 1: onderdelen van IPC
U kunt na plaatsing van de IPC met ontslag en hoeft bij geen bijzonderheden niet in het ziekenhuis te overnachten. De IPC zit na het inbrengen met een hechting vast, maar groeit vast in de huid. De hechtingen mogen dan ook na tien tot veertien dagen worden verwijderd door huisarts, wijkverpleegkundige of bij controlebezoek in het ziekenhuis door longarts of verpleegkundige.
Wat zijn de risico's, bijwerkingen of complicaties?
Zoals elke behandeling kan ook deze behandeling complicaties met zich meebrengen. Waarschuw arts of verpleegkundige indien u de eerste uren na ingreep klachten krijgt zoals kortademigheid, pijn op de borst, klamheid, zweterigheid, overmatig slap voelen.
De belangrijkste complicaties van intermitterende of permanente drainage zijn:
infecties;
verstopping van de drain;
lekkage bij de insteekplaats
Prikkeling van de longbladen door drainage, waardoor klachten als:
- Pijn
- Benauwdheid
- Kriebelhoest
- moeite met doorademen
- verhoogde ademhalingsfrequentie
- verhoogde hartslag
- veranderde bloeddruk
- gevoel van onwel worden/collaberen.
Bij klachten van prikkeling van de longbladen, kan met de rollerklem de afvoerslang worden dichtgezet. Indien klachten hiermee niet verdwijnen, kan de arts geraadpleegd worden.
Contact bij problemen na uw onderzoek/behandeling
Probleem | Actie | Wanneer bellen? |
Lekkende insteekopening | Na het inbrengen van de Rocket® Pleural Catheter is het normaal dat door drukverschil tussen de pleuraholte en de ‘buitenlucht’ pleuravocht langs de insteekopening lekt. De cuff (soort sponsje dat aan de katheterslang zit) is bij het inbrengen van de Rocket® Pleural Catheter in de huid geschoven. Het sponsje groeit vast in de huid waardoor de lekkage met enkele dagen verholpen is. | Als de insteekopening blijft lekken. |
Lekkend aansluitpunt van de vacuumopvangpot | Beoordeel aan de hand van deze handleiding of de verbindingsslang juist is aangesloten. Neem, als het probleem niet op te lossen is, een nieuwe vacuümfles en kijk of het probleem daarmee verholpen is. | Indien het probleem niet is opgelost. |
Verstopping van de Rocket® Pleural Catheter | Probeer verstoppingen te voorkomen door bij bloedspoortjes en stolsels in de Rocket® Pleural Catheter een vacuümfles aan te sluiten. | Indien er verstopping blijft bestaan. |
Infectie van de insteekopening | Werk zo hygiënisch mogelijk bij het verwisselen van de huidfolie om zo infecties te voorkomen. | Bij aanhoudende roodheid en pusvorming. |
Koorts en/of koude rillingen | Wees alert hierop. Infectie van Rocket® Pleural Catheter, pleuravocht en insteekopening kan optreden. | Bij temperatuur boven 38 graden en/of koude rillingen. |
Pijnklachten na draineren | Pijn ontstaat doordat de long zich als gevolg van drainage ontplooit. Met de witte drukknop van het flow controle ventiel kan de snelheid waarmee het pleuravocht gedraineerd wordt veranderd worden. Bij pijn klachten kunt u de snelheid van drainage verlagen en eventueel kortdurend staken. Als er na afloop van drainage pijnklachten zijn kunt u twee paracetamol tabletten à 500 mg innemen. | Als pijn binnen twee uur na drainage niet afneemt. |
Benauwdheidsklachten nemen niet af na drainage | Indien er slechts weinig pleuravocht in de vacuümopvangpot afloopt kunt u uw houding veranderen en doorzuchten. Indien de benauwdheidsklachten dan aanhouden, kan er een probleem zijn met het drainagesysteem. Het kan echter ook zijn dat de benauwdheidsklachten een andere oorzaak hebben. | Bij aanhoudende benauwdheidsklachten. |
De vacuümopvangpot raakt vol en loopt daardoor niet meer, maar de klachten zijn niet afgenomen | Ontkoppel de vacuümopvangpot. Sluit na 3 uur een nieuwe pot aan. Let op, laat nooit meer dan 1000ml pleuravocht per keer aflopen. | Bij aanhoudende benauwdheidsklachten. |