Hartfalen

Een gezond hart pompt iedere minuut ongeveer 5 liter bloed door het lichaam. Maar soms haalt het hart die 5 liter per minuut niet meer, bijvoorbeeld door een beschadiging na een infarct of een hartaandoening. In dat geval spreken we van hartfalen. Hartfalen heeft vrijwel altijd gevolgen voor uw dagelijkse doen en laten. In het LUMC proberen we die gevolgen zoveel mogelijk voor u te beperken. Dat doen we met de nieuwste behandelmethoden en met de hulp van een uitgebreid team van specialisten.
Onze zorg

Wat is Hartfalen?

Een gezond hart pompt iedere minuut ongeveer 5 liter bloed door het lichaam. Om deze pompfunctie goed uit te voeren heeft het hart zelf ook zuurstof nodig. De zuurstof krijgt het hart uit het bloed via de kransslagaders die als een krans op het hart liggen. 

In het geval van hartfalen is het hart niet meer in staat de vereiste 5 liter per minuut rond te pompen. Dit kan door een verminderde pompkracht zijn of door een verminderde vulling van het hart zelf. De pompkracht is dan wel goed, maar het hart kan door een aandoening te stug worden. Daardoor vult het zich niet goed en pompt dus minder uit. Dat betekent dat de organen en weefsels van uw lichaam minder goed van bloed -en dus van zuurstof- worden voorzien.

Verschijnselen

Als u last hebt van hartfalen, zult u merken dat u bij inspanning sneller moe en kortademig bent. Ook kunt u last krijgen van koude handen en voeten. Door de slechte pompfunctie houdt het lichaam meer vocht vast, waardoor uw gewicht kan toenemen. Het vocht kan zich onder meer ophopen in de enkels, met dikke voeten als gevolg. Bij platliggen kunnen door ophoping van vocht in de longen klachten als kortademigheid en kriebelhoest optreden.

Overige symptomen kunnen zijn: 

  • Een vol gevoel in de buik
  • Slapeloosheid of onrustig slapen
  • Duizeligheid
  • Vaker plassen ‘s nachts, terwijl u soms overdag juist minder naar de wc hoeft
  • Verminderde eetlust

Oorzaak

De meest voorkomende oorzaak van hartfalen is schade aan de hartspier door één of meerdere hartinfarcten. Bij een hartinfarct ontstaat een litteken in de hartspier. Dat litteken is eigenlijk een zwakke plek, die zorgt voor afname van de pompfunctie. De pompfunctie kan ook minder worden door een of meerdere vernauwingen in de kransslagaders. Daardoor wordt de hartspier zelf niet goed van bloed en zuurstof voorzien. 

Naast deze twee vaak voorkomende oorzaken kan hartfalen ook nog door andere aandoeningen ontstaan: 

  • Hoge bloeddruk.
  • Hartklepafwijkingen.
  • Ritmestoornissen.
  • Cardiomyopathie.

In de meeste gevallen is de oorzaak van hartfalen niet weg te nemen en is een blijvende behandeling noodzakelijk. 

Waarom u bij ons in goede handen bent

MISSION! Hartfalen 

Het LUMC heeft als missie om patiënten met (ernstig) hartfalen de beste kwaliteit van leven te bieden die mogelijk is. MISSION! Hartfalen noemen we dat. Dit is een uniek hartfalenprogramma in Nederland. We hebben een uitgebreid onderzoeks- en behandelprogramma, inclusief thuismonitoring en een polikliniek waar uitsluitend artsen en verpleegkundigen werken die gespecialiseerd zijn in hartfalen. Samen met u vormen zij het MISSION! Hartfalen team. Daarnaast is er een nauwe samenwerking met diëtisten, maatschappelijk werk en de hartrevalidatie.  

Permanent steunhart 

Het LUMC is het eerste ziekenhuis in Nederland dat een procedure ontwikkelde om een steunhart als definitieve behandeling te geven. Voorheen diende een steunhart slechts als overbrugging voor patiënten die wachtten op een harttransplantatie. Het permanente steunhart leidt tot een hogere overlevingskans bij ernstig hartfalen en een betere kwaliteit van leven. Vanwege de specifieke kennis die we op dit gebied hebben, worden er vanuit het hele land patiënten naar Leiden verwezen. Ook trainen we collega’s uit de hele wereld die een steunhartprogramma op willen zetten.  

Multidisciplinair team 

De hartfalenspecialisten van het MISSION! Hartfalen team werken niet alleen. Naast de samenwerking met u en de hartfalenverpleegkundige, is vooral ook de samenwerking met andere specialisten van belang. Zo werken onze hartfalenspecialisten nauw samen met de imaging cardiologen (beeldvorming), electrofysiologen (ritmespecialisten), interventiecardiologen (dotterspecialisten) en hartchirurgen. Want ook binnen die andere afdelingen is veel kennis en ervaring aanwezig op het gebied van hartfalen. Juist door die kennis en ervaring met elkaar te delen, kan dit ‘multidisciplinaire team’ een optimaal behandelplan voor u samenstellen. 

Wetenschappelijk onderzoek naar hartfalen

Het LUMC is naast een zorgcentrum ook een belangrijk centrum voor wetenschappelijk onderzoek naar hartfalen. We zijn continu op zoek naar nieuwe behandelingen of manieren om bestaande behandelingen te verbeteren. Dat doen we binnen het LUMC, maar ook veel in samenwerking met andere centra in binnen- en buitenland. En de resultaten van die onderzoeken ziet u meteen terug in de behandelkamer.   

Samenwerking met andere zorgverleners 

Onze hartfalencardiologen hebben een regisserende rol in het zogeheten regionaal hartfalenoverleg. Onder het motto ‘Zorg dicht bij huis waar het kan, ver weg als het moet’, werken we samen met ziekenhuizen en huisartsenpraktijken in de regio zodat u overal de beste zorg bij hartfalen krijgt. Afhankelijk van uw situatie kunt u daardoor zo lang mogelijk dicht bij huis onder behandeling blijven. Naast deze regionale samenwerking hebben de hartfalencardiologen een samenwerkingsverband met het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam. Deze samenwerking is gericht op het beoordelen van patiënten voor een harttransplantatie. 

Video: Vraag het ons afleverling 2: Hartfalen

Diagnose

De start van een effectieve behandeling begint bij een goed onderbouwde diagnose. Uw cardioloog draagt daar zorg voor. Niet alleen, maar samen met het multidisciplinaire team van specialisten op het gebied van hartfalen. Dankzij die samenwerking tussen ervaren en gespecialiseerde artsen kunnen we een behandelplan opstellen dat precies aansluit op uw persoonlijke situatie.

Afspraak maken voor diagnose hartfalen

Uw huisarts kan u verwijzen naar een van onze cardiologen als er bij u een vermoeden is van hartfalen. Blijkt er inderdaad sprake te zijn van hartfalen, dan verwijst de cardioloog u door naar de gespecialiseerde MISSION! Hartfalen polikliniek. Bent u al in een ander ziekenhuis onder behandeling bij een cardioloog? Dan kunt u ook door uw eigen cardioloog direct worden doorverwezen naar de MISSION! Hartfalen polikliniek.  

U hoeft zelf geen afspraak te maken bij de MISSION! Hartfalen polikliniek. U ontvangt van ons een uitnodiging en het hartfalenteam zal de gegevens die de cardioloog bij de doorverwijzing meestuurt al vooraf bespreken. Voorafgaand aan uw bezoek krijgt u ook een vragenlijst toegestuurd over uw voedingspatroon. Vult u deze in en neemt u deze mee naar het eerste bezoek aan de polikliniek.  

Op de dag van de afspraak zelf kunt u zich melden aan de balie van de polikliniek Hartziekten. Deze bevindt zich op de negende verdieping in de C-kern (C9) van het LUMC.  

Wie komt u tegen en wat kunt u verwachten? 

Bij uw eerste bezoek aan het LUMC maakt u eerst kennis met een gespecialiseerde hartfalenverpleegkundige. Zij legt u uit wat u kunt verwachten en blijft ook uw vaste aanspreekpunt. Als u vragen hebt of tegen problemen aanloopt, kunt u altijd bij haar terecht. Tijdens het intakegesprek voeren we een aantal onderzoeken uit. De cardioloog of een cardioloog in opleiding kan op basis van deze onderzoeken, uw voorgeschiedenis en uw klachten de ernst van het hartfalen beoordelen en vaststellen welke onderzoeken verder nodig zijn. De hartfalenverpleegkundige zal alle onderzoeken uitgebreid met u bespreken en samen met u de volgende afspraken vastleggen. Als het nodig is, krijgt u bijvoorbeeld ook een afspraak met een diëtist of de hartrevalidatie.

  

Het onderzoek

De onderzoeken die u krijgt tijdens uw intakegesprek geven een goed beeld van de conditie van uw hart. De hartfalenverpleegkundige zal u begeleiden bij deze onderzoeken.

  • ECG. Een elektrocardiogram -beter bekend als ECG of hartfilmpje- geeft de elektrische activiteit van het hart weer. Via een ECG kunnen we hartritmestoornissen en andere hartafwijkingen opsporen.
  • Bloedonderzoek. Door bloed in het laboratorium te onderzoeken kunnen we bepaalde oorzaken van hartfalen opsporen. Ook gedurende een behandeling controleren we regelmatig uw bloed.
  • Thoraxfoto. Dit is een röntgenfoto van uw hart en longen. Hierop kunnen we bijvoorbeeld zien of uw hart vergroot is en of er vocht in uw longen zit.
  • Echo van het hart (echocardiografie). Met ultrageluidsgolven kunnen we uw hart en de bloedstromen in beeld brengen. Dit geeft een goede indruk van de grootte en de functie van uw hart.

Na afloop van deze onderzoeken bekijkt de cardioloog welke onderzoeken nog meer nodig zijn om een goed onderbouwde diagnose te stellen. 

Mogelijke vervolgonderzoeken 

Uw cardioloog kan meerdere redenen hebben om verder onderzoek te doen. Bijvoorbeeld om te achterhalen wat precies de oorzaak is van het hartfalen. Maar ook om het effect van een behandeling en de conditie van het hart te volgen of om vast te stellen welke mogelijkheden er zijn om de functie van uw hart te verbeteren. Welke vervolgonderzoeken nodig zijn, hangt af van uw persoonlijke situatie. Binnen het LUMC is een groot aantal onderzoeken mogelijk. Enkele voorbeelden: 

  • Inspanningsonderzoek (VO2-max). Met dit onderzoek stellen we vast hoe goed u zich kunt inspannen. U fietst op een hometrainer met voortdurende ECG-registratie. Ook meten we de in- en uitgeademde lucht om een indruk te krijgen van de conditie van uw hart.
  • 6-minuten looptest. We kijken hoeveel meter u kunt lopen in 6 minuten.
  • Quality-of-life score. Dit is een vragenlijst over hoe u uw ziekte ervaart. De hartfalenverpleegkundige zal dit met u bespreken.  
  • 24-uurs ECG (Holteronderzoek). U krijgt een kastje mee naar huis dat 24 uur lang uw hartritme beoordeelt.
  • Dobutamine stress echocardiografie (stress echo). Bij dit onderzoek bootsen we met behulp van een medicijn inspanning na en maken we echobeelden. Zo kunnen we beoordelen of er sprake is van zuurstoftekort van het hart bij inspanning. 
  • MRI-scan. Met behulp van onschadelijke magneetgolven bekijken we het hart vanuit een aantal richtingen. Zo kunnen we beoordelen welk deel van het hart beschadigd is en kunnen we eventuele hartspierziekten opsporen. 
  • Nucleaire scan (Myoview). Tijdens deze scan kijken we welk deel van de hartspier te weinig bloed krijgt bij inspanning. U krijgt zowel tijdens inspanning als in ruststand een kleine hoeveelheid radioactieve stof toegediend via een infuus. De radioactieve stof is niet gevaarlijk en plast u nadien gewoon weer uit.
  • Hartkatheterisatie. Via bloedvaten in de lies brengen we slangetjes (katheters) naar uw hart. Vervolgens kunnen we via contrastvloeistof en röntgenstraling het hart en de kransslagaders in beeld brengen. Ook kunnen we zo de bloeddruk in de verschillende delen van het hart meten.
  • Genetic counseling. Als we vermoeden dat er sprake is van een genetische oorzaak, verwijzen we u door naar de afdeling Klinische genetica voor verder onderzoek.

Tijdens uw intakegesprek krijgt u ook een ‘mijn gegevens’ boekje mee van de hartfalenverpleegkundige. Hierin kunt u uw gewicht en eventueel uw bloeddruk en hartfrequentie in noteren. Dit geeft een goede indruk van uw lichamelijke conditie. In het boekje kunt u tevens bijhouden welke medicijnen u gebruikt en wanneer uw afspraken zijn.

Uitslag van het onderzoek

Zodra de uitslagen van de onderzoeken bekend zijn, komt uw cardioloog samen met het multidisciplinaire team. Tijdens dit overleg bespreken de hartfalenspecialisten, hartchirurgen, electrofysiologen en interventiecardiologen uw situatie en stellen een op maat gemaakt behandelplan samen.  

De hartfalenverpleegkundige neemt na dit overleg telefonisch contact met u op en u krijgt op korte termijn een afspraak met de cardioloog. Tijdens dat gesprek hebt u uitgebreid de tijd om samen met uw arts de behandelmogelijkheden door te nemen. Hoelang het duurt voordat dit gesprek plaats kan vinden, hangt af van het aantal aanvullende onderzoeken. De hartfalenverpleegkundige zal zo nodig tussentijds controles uitvoeren.

Behandeling

Welke behandelingen zijn er mogelijk?

Een standaardbehandeling bij hartfalen bestaat niet in het LUMC. Er is een groot aantal behandelingen mogelijk en uw cardioloog maakt met het multidisciplinaire team altijd een behandelplan dat is afgestemd op uw persoonlijke situatie. We zullen de opties ook altijd uitgebreid met u doornemen, zodat u precies weet waar u aan toe bent.

Welke behandelingen zijn er? 

Het fundament bij de behandeling van hartfalen bestaat uit goede leefregels en de juiste medicatie. Door die twee te combineren kunnen we uw klachten meestal terugdringen en proberen we een verdere achteruitgang van het hart zoveel mogelijk af te remmen. Daarnaast kijken we altijd of we de oorzaak van uw hartfalen kunnen behandelen, zodat het hart weer zo optimaal mogelijk kan werken.  

Leefregels 

Bij hartfalen zult u er rekening mee moeten houden dat u beperkt bent in uw fysieke mogelijkheden. Zo zult u bijvoorbeeld merken dat u sneller vermoeid bent. U kunt hier verandering in brengen door uw leefpatroon te veranderen. Samen met specialisten op het gebied van dieet, beweging en maatschappelijk werk helpen we u om toch zoveel mogelijk een normaal leven te kunnen leiden.

  • Beweging. Bij hartfalen is het belangrijk dat u uw conditie zo goed mogelijk op peil houdt door regelmatig te bewegen. Na uw intake kunnen we u daarom aanmelden voor hartrevalidatie. De revalidatiearts zal met u een persoonlijk programma opstarten, zodat u een beter inzicht krijgt in de belasting die u aankunt en die goed is voor uw hart. 
  • Eten en drinken. Overgewicht vormt een extra belasting voor het hart. Als u te zwaar bent, helpt afvallen deze belasting te verminderen. Verder is het belangrijk dat u niet te veel vocht binnenkrijgt. Wees ook heel zuinig met zout, want door zout houdt uw lichaam extra vocht vast. De diëtiste zal samen met u een persoonlijk dieet opstellen.
  • Roken en alcohol. Beperk het drinken van alcohol tot hooguit 2 glazen per dag. Te veel alcohol is slecht voor de conditie van de hartspier. Als u rookt, moet u daar beslist mee stoppen. Roken vermindert namelijk de doorbloeding van de hartspier.

Medicijnen 

Uw specialist kan meerdere medicijnen voorschrijven. Welke medicijnen dat zijn en in wat voor dosering verschilt per persoon. Het is belangrijk dat u ook zelf bijhoudt welke medicijnen u slikt. U kunt de gegevens noteren in uw ‘mijn gegevens’ boekje. Zo hebt u altijd een recent overzicht bij de hand.  

  • Plaspillen (diuretica). Deze bevorderen de uitscheiding van zout en water door de nieren.
  • ACE-remmers. Deze medicijnen verwijden de bloedvaten. Hierdoor daalt de bloeddruk. Het hart heeft dan minder moeite om het bloed rond te pompen en wordt minder belast. Ook hebben ACE-remmers een directe beschermende werking op het hart.
  • Bètablokkers. Deze middelen zorgen dat uw hart rustiger klopt, uw bloeddruk daalt en de hartspier minder krachtig samentrekt. Zo kan het hart efficiënter pompen en daalt de kans op hartritmestoornissen. 
  • Ivabradine. In sommige gevallen blijft de hartslag hoog, ondanks de medicatie. Ivabradine kan de hartslag nog verder naar beneden brengen. 
  • Nitraten. Dit zijn vaatverwijders die voornamelijk op de aders werken en zo de stuwing in de longen kunnen verminderen.
  • Digoxine (hartglycosiden). Met name bij boezemhartritmestoornissen schrijven we dit medicijn voor. Digoxine kan de hartslag vertragen, waardoor de bloedsomloop beter verloopt.

Operatie 

Afhankelijk van de oorzaak van het hartfalen kunnen we met een operatie de functie van het hart verbeteren. Er zijn verschillende mogelijkheden op dat gebied.  

  • Dotteren of bypassoperatie. Zuurstofrijk bloed stroomt naar het hart via de kransslagaderen. Deze kunnen vernauwd of afgesloten raken door aderverkalking. Dit kunnen we vaak verhelpen met een dotterprocedure of bypassoperatie. 
  • Hartklepoperatie. Een hartklep die niet goed werkt kunnen we met een chirurgische ingreep vaak repareren of vervangen. 
  • Biventriculaire pacemaker. Bij hartfalen kan het gebeuren dat de twee hartkamers niet gelijktijdig samentrekken. Een biventriculaire pacemaker kan dit verhelpen. Dit apparaatje plaatsen we onder de huid. Bij ernstige vormen van hartfalen kunnen we ook een pacemaker met een automatische Implanteerbare Cardioverter Defibrillator (ICD)plaatsen. Een ICD is in staat om hartritmestoornissen te herkennen en daar zo op te reageren dat de hartritmestoornis stopt.
  • Verkleining van de linkerhartkamer. Als een hart erg vergroot is als gevolg van een groot litteken, heeft dat een nadelig effect op de pompfunctie. Door de slecht functionerende linkerhartkamer van het litteken te ontdoen en te verkleinen kunnen we die pompfunctie verbeteren. 
  • Ablatie procedure. Bij een ablatie procedure beschadigen we met opzet een klein stukje van het hart. Dit klinkt misschien onlogisch, maar op deze manier kan de oorzaak van regelmatige hartritmestoornissen worden weggenomen.

Permanent steunhart

Soms is er sprake van dusdanig ernstig hartfalen, dat de bovenstaande behandelingen onvoldoende werken. En omdat er ieder jaar maar een zeer beperkt aantal donorharten beschikbaar komt in Nederland, komt een groot deel van de patiënten niet in aanmerking voor een harttransplantatie. Er rest dan alleen medicamenteuze behandeling, vaak in combinatie met herhaalde opnames in het ziekenhuis. Daarom zijn we op zoek gegaan naar een andere behandelmethode en hebben we een procedure ontwikkeld voor een definitieve behandeling met een steunhart. 

Een mechanisch steunhart -ook wel left ventricular assist device (LVAD) genoemd- is een pomp die in de borstkas direct op het hart wordt geplaatst. Deze pomp ondersteunt de linkerkamer en wordt via een aandrijflijn door de huid van buitenaf van stroom voorzien. U draagt altijd een computertje bij u dat verbonden is met het steunhart.  

Het steunhart werd tot voor kort alleen als overbrugging gebruikt voor patiënten die in afwachting waren van een harttransplantatie. Het LUMC is het eerste ziekenhuis in Nederland dat patiënten met ernstig hartfalen die niet in aanmerking komen voor een harttransplantatie, permanent behandelt met een mechanisch steunhart. Houdt u er wel rekening mee dat hier een uitgebreide screening aan vooraf gaat. Uw arts zal u hier over voorlichten.

Telemonitoring  

Het kan zijn dat u zeer veel zorg nodig hebt en niet in staat bent heel frequent naar het ziekenhuis te komen. Dan is telemonitoring een optie. Hierbij houden we u op afstand in de gaten, zodat we tijdig achteruitgang op kunnen sporen en in kunnen grijpen. Zo voorkomen we extra polibezoeken en ziekenhuisopnames. Hebt u een ICD? Alle ICD’s hebben een homemonitoringfunctie, waardoor ritmestoornissen tijdig opgespoord kunnen worden. Dat maakt het mogelijk om in te grijpen nog voor er klachten ontstaan. 

Meedoen aan wetenschappelijk onderzoek

Het LUMC is niet alleen een centrum van geavanceerde medische zorg, maar ook van geavanceerd medisch onderzoek. Dit houdt in dat u soms kunt meedoen aan nieuwe studies, bijvoorbeeld naar nieuwe medicijnen of operatietechnieken. Mogelijk hebben deze bij u meer effect dan de standaardbehandeling. Uw cardioloog kan u vertellen aan welke onderzoeken u kunt meedoen.

Nazorg

De keuze voor een behandeling is vaak pas het begin van de zorg bij hartfalen. In de meeste gevallen is hartfalen chronisch en de zorg doorlopend. Zolang het nodig is houden we een vinger aan de pols. Dat kan betekenen dat u langere tijd bij ons onder controle blijft, of bij een cardioloog in de buurt van uw woonplaats. Dit stemmen we met u af. Ook kunt u altijd bij ons terecht als u ergens tegenaan loopt of nog vragen hebt.

Welke specifieke nazorg kunnen we bieden bij deze aandoening?

Als u een medische ingreep hebt ondergaan of bent gestart met een behandeling, blijft u in eerste instantie onder controle bij het LUMC. Elke 3 maanden kijken we hoe het met u gaat en of de behandeling goed aanslaat. Deze controle voert uw behandelend arts of de hartfalenverpleegkundige uit. Slaat de behandeling aan en nemen uw klachten af, dan verwijzen we u uiteindelijk terug naar uw eigen cardioloog. Houden uw klachten aan, dan stellen we een intensief zorgprogramma op en blijft u zo nodig in het LUMC onder behandeling. 

Begeleiding 

Het horen van de diagnose hartfalen en het ondergaan van een behandeling is vaak zeer ingrijpend. De maatschappelijk werkers van het LUMC kunnen u helpen bij de verwerking. Daarnaast gaat hartfalen vaak gepaard met praktische problemen. Een maatschappelijk werker kan bijvoorbeeld met u kijken of er aanpassingen in uw huis nodig zijn. Ook kijken we of thuiszorg nodig is. 

Hartrevalidatie 

Na een operatie is het vaak nodig om uw conditie weer op peil te brengen. De revalidatiearts van het hartrevalidatie centrum helpt u hierbij. De arts stelt speciaal voor u een programma samen. Ook is er begeleiding door een psycholoog, maatschappelijk werker en diëtiste in het revalidatiecentrum. 

Waar moet u op letten na en tijdens uw behandeling? 

Hebt u, ondanks de ingestelde behandeling, toch meer last van kortademigheid of houdt u vocht vast? Neemt u dan contact op met de hartfalenverpleegkundige. Het vasthouden van vocht kunt u herkennen aan het dikker worden van de enkels en/of buik of doordat uw gewicht binnen enkele dagen toeneemt. 

Ook adviseren we u contact met ons op te nemen als u gedurende de behandeling een andere ziekte krijgt. Door bijvoorbeeld braken, diarree of koorts kunt u veel vocht verliezen, met als gevolg dat we soms de medicatie aan moeten passen.  

Contact bij problemen na uw behandeling

Loopt u tegen problemen aan of hebt u nog vragen? U kunt altijd contact opnemen met de hartfalenverpleegkundige via telefoonnummer 06-51159090 (op werkdagen tussen 09.00 en 17.00 uur). U kunt ook bellen naar de polikliniek via telefoonnummer 071 - 526 37 14 (op werkdagen tussen 08.30 en 12.00 uur en tussen 13.30 en 16.00 uur) of mailen: hartfalenpoli@lumc.nl.  

Buiten kantooruren kunt u zich bij urgente problemen melden bij de spoedeisende hulp van het LUMC. 

Behandelteam

Behandelteam

De cardioloog is uw regievoerend arts. Uw cardioloog werkt nauw samen met de hartfalenverpleegkundige, uw eerste aanspreekpunt. Afhankelijk van uw situatie kunt u bovendien nog meer medisch specialisten tegenkomen. Bijvoorbeeld een thoraxchirurg of een interventieradioloog. Binnen het LUMC is een groot aantal specialisten actief dat zich dagelijks met hartfalen bezig houdt.

Dr. S.L.M.A. Beeres

Cardioloog

Dr. L.F. Tops

Cardioloog

Dr. H.F. Verwey

Cardioloog

A.A.J. Lommerse

Verpleegkundig specialist

R.C. van Wamelen

Hartfalenverpleegkundige

Wie kunt u nog meer tegenkomen? 

  • Verpleegkundig specialist: B. Slegtenhorst
  • Hartfalenverpleegkundige: A. van der Linden
Ons onderzoek

Aan welke studies kan je meedoen?

De onderzoeken die we verrichten zijn heel divers. Een deel van ons onderzoek vindt in het laboratorium plaats, maar vaak vragen we ook onze patiënten of ze zelf mee willen doen. Want een groot deel van ons onderzoek naar hartfalen kunnen we niet verrichten zonder de hulp van diegenen om wie het draait.  

Als uw situatie zich ervoor leent en u voldoet aan de criteria, kunt u meedoen met dit zogeheten klinisch onderzoek. U kunt uw arts ernaar vragen, maar het behandelteam zal ook zelf de mogelijkheden met u bespreken. We informeren u uitvoerig en u krijgt altijd de tijd om thuis eerst goed na te denken over deelname. En als u meedoet met een onderzoek is dat altijd op vrijwillige basis. Dat betekent dat u er ook op ieder moment mee kunt stoppen als u dat wilt.

Waar doen we momenteel onderzoek naar?

Ons wetenschappelijk onderzoek bij hartfalenpatiënten richt zich er met name op dat we steeds beter kunnen bepalen welke behandelmogelijkheid het beste bij de situatie van de patiënt aansluit. Zo hebben we met geavanceerde beeldvormende technieken de selectieprocedure voor cardiale resynchronisatie therapie, chirurgische linkerventrikel reconstructie en klepingrepen geoptimaliseerd.  

Verder doen we veel onderzoek naar de effectiviteit van celtherapie bij patiënten met hartfalen. Bij deze therapie worden cellen uit het beenmerg ingebracht in het hart, wat moet leiden tot een verbeterde hartfunctie. Ook zoeken we continu naar methodes om het herstel na een hartoperatie nog voorspoediger te laten verlopen.  

Samenwerkingsverbanden 

Onderzoek naar hartfalen doen we niet altijd alleen. Als het kan werken we samen met nationale en internationale collega’s. Bijvoorbeeld op het gebied van ICD’s. Zo verzamelen we in Nederland gegevens van patiënten met een ICD om ICD-implantaties nog doelmatiger te laten verlopen en de kwaliteit van de zorg verder te verbeteren.  

Internationaal werken we mee aan een onderzoek naar de invloed van ‘home-monitoring’. Dankzij ICD’s die automatische gegevens over de hartfunctie doorsturen naar het ziekenhuis, hebben we het aantal momenten waarop u voor controle naar het ziekenhuis moet komen, al flink terug kunnen brengen.

Meer informatie

Contact

Wilt u meer weten of hebt u nog vragen? Neem dan contact met ons op. 

Patiëntportaal mijnLUMC

In het patiëntportaal mijnLUMC vindt u een duidelijk overzicht van uw behandelingen en hebt u inzicht in uw medische gegevens. Snel en veilig. Thuis, onderweg en in het ziekenhuis. 

Patiënt verwijzen 

Informatie voor artsen en instellingen die patiënten naar het LUMC willen verwijzen. 

Contactgegevens voor patiënten  

  • Hartfalenpolikliniek: 071 - 526 37 14
  • Hartfalenverpleegkundige: 06 - 51 15 90 90