“Ik zie op alle afdelingen LUMC’ers die veel durven”
In het interview van april zei je: ‘Ik heb een houten tuinhuisje in Egmond waar ik oplaad. Daar kan ik rustig nadenken over alles wat ik meemaak.’ Waar dacht je het afgelopen halfjaar over na?
“Tjonge, over veel dingen. Er gebeurt zo ontzettend veel in het LUMC en in de maatschappij. Een belangrijk onderwerp waar ik veel over nadacht is hoe we als raad van bestuur een goed team kunnen zijn. We zijn met z’n vieren: twee mannen en twee vrouwen. Twee zijn wat ouder, twee voelen zich nog jong, haha. De één is wat introverter dan de ander. We hebben andere inhoudelijke competenties en vullen elkaar goed aan. Hoe werken we samen zodat iedereen doet waar hij goed in is? Ik dacht ook na over hoe ik wil samenwerken met de managers Bedrijfsvoering en de directeuren. Want die zie ik ook als mijn team.”
Je hebt het afgelopen halfjaar op veel afdelingen in het LUMC meegelopen. Wat viel je op?
“Ja, ik wil niet alleen mooie notities lezen, maar zelf zien hoe het gaat. Ik nam bijvoorbeeld een kijkje bij foetaal therapeuten die een baby in de buik van de moeder opereerden. En bij Thoraxchirurgie waar twee chirurgen samen een openhartoperatie deden. Ik bezocht de IC waar patiënten liggen met zeer complexe problemen. Alle verpleegkundigen daar zijn gespecialiseerd. Hetzelfde zag ik op de SEH. Een verpleegkundige daar zorgde voor vijf patiënten tegelijk – en het ging hier niet om klein trauma. De vakkennis van al die collega’s maakte een enorme indruk op mij.”
Hoe heb je het contact tussen zorgverleners en patiënten ervaren?
“Laatst liep ik mee op de afdeling Dermatologie tijdens het spreekuur voor mensen met een cutaan lymfoom, een vorm van huidkanker. Het LUMC is het enige centrum in Nederland dat deze zorg aanbiedt, dus de patiënten kwamen soms van ver. Zo was er een vrouw uit het noorden van het land die vanwege een complicatie eigenlijk ook naar de afdeling KNO moest. De dermatoloog belde zijn collega: ‘Ik weet dat je vol zit, maar anders moet deze mevrouw nog een keer ver reizen.’ Waarop de kno-arts zei: ‘Prima, stuur haar maar langs.’ Die mevrouw was zó dankbaar! In dat spreekuur zag ik: mensen maken de zorg.”
‘Talent behouden is cruciaal’, zei je in april. ‘We moeten ons voortdurend afvragen: hoe blijven we aantrekkelijk als werkgever?’ Welke stappen zijn het afgelopen halfjaar gezet?
“In rapporten over de arbeidsmarkt lees je dat mensen vaak weggaan door de sfeer in hun team, of door hun leidinggevende. Het is dus goed dat we een medewerkerbetrokkenheidsonderzoek hebben gedaan en een leiderschapsprogramma zijn gestart. In diezelfde rapporten staat ook een derde reden: mensen krijgen graag eigen verantwoordelijkheid. Dat is de essentie van ons programma LUMC Connect. Dat gaat namelijk niet alleen over een nieuwe organisatiestructuur en functieprofielen, maar óók over een nieuwe besturingsfilosofie: medewerkers op alle lagen in de organisatie verantwoordelijkheid geven. Daarmee zetten we mensen in hun kracht. En het gaat ook over verbinding: niet op je eiland zitten, maar samen werken aan de LUMC-doelen.”
De LUMC-strategie heeft vier kernwaarden: verbindend, persoonlijk, gelijkwaardig en nieuwsgierig. Hoe vertaal jij die naar je dagelijkse werk?
“Gelijkwaardigheid is voor mij heel belangrijk. Welke functie je ook hebt, als mens ben je gelijk. Soms doen mensen extra beleefd tegen mij als bestuurder en zeggen ze bij de koffieautomaat: ‘Ga jij maar eerst.’ Dan zeg ik: ‘Nee, we hebben het allemaal druk.’ Ook de kernwaarde verbindend probeer ik met mijn gedrag te laten zien. Tijdens de begrotingscyclus wil elke manager vanzelfsprekend het beste voor zijn afdeling. Ik zeg dan: ‘Dit gesprek is lastig, maar laten we goed naar elkaars belangen luisteren.’ Uiteindelijk moeten we samen de beste keuzes maken voor het LUMC.”
In april zei je: ‘Ik durf te springen’ en ‘Ik vertrouw erop dat het onderweg goed komt.’ Hoe heeft dat vertrouwen gewerkt in het afgelopen halfjaar?
“Nou, ik dacht wel: ik ben écht gesprongen, haha. Zoals ik al zei gebeurt er veel in het LUMC en de maatschappij. Ik heb me niet verveeld. Laatst zei ik voor de grap tegen mijn collega Marlies: ‘Ik zei toch in mijn sollicitatiegesprek dat ik meer uitdaging wilde?!’ Maar soms denk ik: hoe krijg ik dit voor elkaar? Dat is ook wat ‘durven springen’ voor mij betekent: vertrouwen dat het goed komt, ook als je je af en toe onzeker voelt.”
Je zei ook: ‘Veel mensen wagen de sprong niet, terwijl ze meer kunnen dan ze denken.’ Zie je dat ook bij LUMC’ers?
“Ik zie op alle afdelingen LUMC’ers die veel durven. Laatst was ik bij een bijeenkomst met Nursing Information Officers. Dat zijn verpleegkundigen die met IT werken en mooie dingen doen. Ze combineren hun kennis van zorg met technologie. Ze hebben een extra antenne voor digitale ontwikkelingen en willen de zorg slimmer maken. Dat vind ik echt een sprong wagen. Ze gaan voor de troepen staan en laten zich niet gek maken door ingewikkelde technische termen. Dat getuigt van moed en leiderschap.”
Het LUMC investeert in e-health en kunstmatige intelligentie (AI). Jij zag in april veel kansen. Welke stappen heb je al gezet?
“Samen met de universiteit hebben we een AI-visie gemaakt. Ook ligt er een programmaplan voor Digitaal Dichtbij. Dat gaat over AI, maar ook over e-health: zorg op afstand. Voor deze projecten zijn veel data nodig, bijvoorbeeld om AI te trainen. Ik merkte dat collega’s met vragen over data allemaal apart naar IT gingen. We kijken nu hoe dat efficiënter kan. Verder wil ik dat we snel een tool zoals ‘AI-notulist’ kunnen gebruiken: als de zorgverlener met de patiënt praat, zet AI direct een verslag in het patiëntendossier. Zoals een verpleegkundige gister zei: ‘Dan gaat de administratielast omlaag en heb ik meer tijd voor de patiënt.’”
We moeten slimmer werken vanwege de financiële uitdagingen van het LUMC. Hoe zit dat?
“Universiteiten krijgen minder geld van het ministerie van OCW. Voor onderzoekers is het moeilijker om subsidies te krijgen, omdat het Nationaal Groeifonds is gestopt. En in het Integraal Zorgakkoord staat dat het zorgbudget niet meer mag groeien. Er zit voor ziekenhuizen niks anders op dan dingen slimmer doen. Processen en systemen verbeteren, en dat leuk vinden met elkaar. Gelukkig hebben we ongelooflijk veel talent in huis, en gebeurt het al op veel plekken. Wij stellen 4 miljoen euro beschikbaar om teams te helpen slimmer te werken. Ze kunnen bijvoorbeeld een projectleider of procesbegeleider inzetten. Of iemand vrijmaken die er goed in is.”
Om de zorg toekomstbestendig te maken, moeten we als LUMC ook meer samenwerken binnen de regio. Waar focus jij je op?
“Ik werk bijvoorbeeld aan de tool MDO Support. Daarmee kunnen ziekenhuizen patiënten bespreken in een multidisciplinair overleg. Dat vraagt om data-uitwisseling, zodat iedereen de patiëntgegevens kan inzien. Met andere ziekenhuizen en de ambulancedienst in Hollands Midden ben ik ook bezig met het digitale platform SMART Triage: ambulancezorgprofessionals kunnen daarmee al bij de patiënt thuis of onderweg contact leggen met een arts in het ziekenhuis. Een heel ander project is de bouw van een nieuw LUMC, samen met de Universiteit Leiden, Bio Science Park, en de gemeente. Mijn insteek in dat project is: laten we niet vechten om een stukje grond, maar samen iets moois neerzetten.”
Hoe betrek jij medewerkers bij strategische keuzes en veranderingen?
“De bouw van het nieuwe LUMC is een mooi voorbeeld. Daarvoor heb ik divisies gevraagd om mensen van de werkvloer aan te dragen die willen meedenken. Ook jonge mensen, die hier in 2050 nog werken. We willen een diverse klankbordgroep samenstellen, met bijvoorbeeld een laborant, verpleegkundige, arts in opleiding, onderzoeker. Daarnaast gebruiken we bestaande klankbordgroepen en netwerken in het LUMC, zoals de Diversity Board en het LUMC patiëntenpanel.”
Net als bij het AMC zag je hier vanaf dag één hoeveel passie zorgmedewerkers hebben. Kun je hier een voorbeeld van geven?
“Ik heb die passie eigenlijk overal gezien. En dan bedoel ik ook echt overal, hè. Dus ook in het magazijn, waar ze met innovatieve concepten – zoals de inzet van rijdende robotjes – bezig zijn. Of op de afdeling Medische Technologie. Ik ben echt onder de indruk van hoe innovatief ze daar zijn. Niet alleen omdat ze met 3D-printers hele mooie dingen maken, maar omdat ze hun werk ook echt naar een volgend niveau willen brengen. Ik denk dat het heel belangrijk is dat iedereen zich realiseert: we zijn allemaal een belangrijk radertje in het LUMC.”
In je vorige interview vertelde je dat je in coronatijd bij OP1 aanschoof om je waardering voor zorgverleners te laten zien. Is er nu iets waarover je je zou willen uitspreken in de media?
“Ja, daar dacht ik laatst over na. In de media gaat het vaak negatief over de zorg. Bijvoorbeeld dat het de grootste kostenpost is. Als ik nu op tv zou komen, wil ik juist vertellen hoe leuk het is om in de zorg te werken. Ik wil een positief geluid laten horen, vooral aan jonge mensen. Werken in de zorg betekent dat je iets doet voor een mensenleven. Je helpt zelfs de economie. Door goede zorg blijven mensen immers langer gezond en zijn ze minder vaak ziek. Dit verhoogt de arbeidsproductiviteit. De zorg is gewoon een prachtige sector om in te werken.”
Lees meer
Kennismaking Ymke | “Ik vertrouw er altijd op dat het onderweg goed komt”
