Patiëntenfolder

Klompvoet

Bij uw kind is een klompvoet vastgesteld. In deze brochure vindt u informatie over de aandoening en over de behandeling in het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC), Sophia Kinderziekenhuis en IJssellandziekenhuis.

Deze informatie is opgesteld door de afdeling(en) Gipskamer & Orthopedie.

Onze zorg

Wat is Klompvoet?

Een klompvoet is een voet met een ingewikkelde aangeboren standsafwijking, welke vaak goed te herkennen is na de geboorte. De afwijking beïnvloedt de spieren, de banden (ligamenten), de botten en de gewrichten van de voet. De voet is naar beneden gericht en de tenen wijzen richting het andere been. De stand van de voet lijkt op het uiteinde van een golfclub, vandaar de naam clubfoot. Dit is letterlijk vertaald in klompvoet.   

Alle botten zijn aanwezig in de voet, maar ze staan niet in de juiste positie ten opzichte van elkaar. Alle spieren van het onderbeen en de voet zijn eveneens aanwezig, maar sommige zijn verkort en/of kleiner en zwakker dan normaal. Het onderbeen aan de kant van de klompvoet is daarom vaak slanker. Bij een klompvoet die aan één kant voorkomt, valt het verschil tussen de onderbenen pas op als de hoeveelheid onderhuids vet minder wordt bij uw kind.

Figuur 1: Pasgeborene met klompvoeten

Verschijnselen

Welke standsafwijkingen zijn dit precies?

Voor het beschrijven van de standsafwijking kan men het acroniem CAVE gebruiken.

C cavus: het lengtegewelf van de voet aan de binnenkant toont een hoge boog met vaak een diepe huidplooi

A adductus: de voor- en middenvoet wijzen richting het andere been

V varus: de hiel wijst richting het andere been

E equinus: dit betekent spits. De enkel en de achtervoet wijzen naar beneden en de hiel is niet goed te voelen in het vetkussen onder de hiel (“empty heel”). Ook bij de achillespees is vaak een diepe huidplooi zichtbaar.

De Latijnse naam voor een klompvoet is pes equino-varus-adductus, titulatuur in de literatuur is vaak CTEV. 

Is de standsafwijking altijd een klompvoet?   

Het komt voor dat de voet van uw kind in de baarmoeder ingeklemd heeft gezeten. De stand van de voet kan dan bijna hetzelfde zijn als bij een echte klompvoet. Bepaalde andere kenmerken, zoals diepe huidplooien en een empty heel, ontbreken echter. De voet voelt ook veel soepeler aan en blijft na enkele malen redresseren (in de goede stand brengen) in de juiste stand staan. Uw dokter zal u dan uitleggen dat het geen echte klompvoet is. Het verschil tussen een zeer milde klompvoet en deze standsafwijking door klemzitten (“positional foot”) kan echter heel klein zijn.  

Kunnen er nog andere afwijkingen bij mijn kind aanwezig zijn?   

De meeste kinderen met een klompvoet hebben geen andere aangeboren afwijkingen. We spreken dan van een idiopathische (zonder duidelijke oorzaak) klompvoet. Een enkel kind heeft behalve de klompvoet ook een andere afwijking. Uw kinderorthopedisch chirurg zal daarom ook de rug, de heupen en de beentjes onderzoeken tijdens het eerste bezoek. Wanneer het kind 3 maanden oud is zal er ook een echo van de heupen worden gemaakt, om te beoordelen of er evt. sprake is van heupdysplasie. En indien nodig zal uw kind nog verwezen worden naar de kinderneuroloog en/of de klinisch geneticus. 

Oorzaak

Wat is de oorzaak van een klompvoet?   

De oorzaak van een klompvoet is niet bekend. Er is geen reden voor de ouders om zich schuldig te voelen.  

Hoe vaak komt een klompvoet voor?   

Een klompvoet komt ongeveer bij 1 op de 800 tot 1000 kinderen voor. De helft van deze kinderen heeft aan beide kanten een klompvoet. Bij een geboorteaantal van plusminus 175.000 kinderen in Nederland zijn er dus rond de 200 kinderen per jaar die geboren worden met één of twee klompvoeten. Er is een nauwe samenwerking tussen het LUMC (Leids Universitair Medisch Centrum) en het Sophia Kinderziekenhuis. Samen vormen we een klompvoetcentrum. De artsen werken dan ook soms op beide locaties.   

Klompvoeten komen twee keer zo vaak voor bij jongens dan bij meisjes. Als één van de ouders en een broer/zus een klompvoet hebben, is de kans dat een volgend kind een klompvoet heeft 25%, dus één op de vier. Als de ouders beiden geen klompvoeten hebben, maar wel eerder een kind met een klompvoet hebben gekregen, dan is de kans dat een volgend kind een klompvoet heeft 3-5%, één op de twintig. Klompvoeten komen vaker voor in dezelfde familie.

Diagnose

Zijn er Röntgenfoto’s van de voet nodig?   

Om de diagnose te stellen zijn geen Röntgenfoto’s nodig.

Behandeling

Welke behandelingen zijn er mogelijk?

Correctie in gips (duur 4 tot 8 weken)   

Niet alle klompvoeten zijn even ernstig, maar de behandeling van de klompvoet is de eerste 4 jaar voor bijna alle klompvoeten gelijk. In Nederland en het grootste deel van de wereld wordt de Ponseti methode gebruikt om een klompvoet te behandelen. De Nederlandse Orthopaedische Vereniging (NOV) heeft samen met de Nederlandse Vereniging Klompvoetjes in 2014 een richtlijn ontwikkeld waarin de Ponseti behandeling geadviseerd wordt als eerste behandeling van de patiënt met een idiopathische klompvoet. Het doel van de behandeling is om een soepele voet te krijgen waarmee uw kind kan lopen, rennen en spelen. Het is en blijft echter een afwijkende voet die meestal één of een paar maten kleiner zal zijn dan de normale voet.   

De behandeling wordt snel na de geboorte gestart, liefst binnen 2 weken. Uw kind wordt dan wekelijks gezien op de gipskamer door de kinderorthopedisch chirurg en de gipsverbandmeester. Hierbij wordt door middel van gips de voet langzaam in een normale stand gebracht. De voet wordt elke week verder gecorrigeerd door zachtjes druk uit te oefenen op de botten en door de pezen en gewrichtsbanden op te rekken. De voet wordt door een gips tot boven de knie in de juiste positie gehouden. Dit proces duurt meestal 4 -8 weken, afhankelijk van de stugheid van de voet.  

Figuur 2: Serie gipsen waarbij steeds de positie van de voet verandert  

Als uw kind een klompvoet heeft wordt op de eerste afspraak op de gipskamer direct het eerste gips aangelegd. Het gips loopt vanaf de tenen tot bijna in de lies, waarbij de knie gebogen is. Dit doet geen pijn. Om uw kind gerust te stellen kunt u een speen en/of fles melk meenemen. Ook is het goed om een wijd zittende broek en een grotere maat sokken mee te nemen. 

Door de gipsbehandeling worden de voeten weinig aangeraakt in de eerste weken na de geboorte. Hierdoor kan uw kind soms overgevoelig worden wanneer de voeten aangeraakt worden. Uw kind kan gaan huilen tijdens het onderzoek en het gipsen. Deze overgevoeligheid verdwijnt weer nadat de voeten niet meer ingegipst worden. Voor u naar huis gaat, vertelt de kinderorthopedisch of de gipsverbandmeester u hoe u kunt controleren of het gips nog goed zit en of de bloedvoorziening naar de tenen goed is. Bij het knijpen in de tenen worden ze eerst even wit, maar dan weer roze binnen de 2 seconden. 

Ook is het belangrijk dat het gips niet afzakt. Als de tenen steeds verder in het gips verdwijnen dan is dit een teken dat het gips afzakt. Mocht u het idee hebben dat het gips te strak zit of afzakt dan is het belangrijk dat u contact opneemt met de gipsverbandmeester.  

Na het eerste bezoek aan de polikliniek krijgt u een reeks afspraken mee voor volgende bezoeken. Tijdens de volgende bezoeken wordt het oude gips verwijderd. Dit wordt gedaan met een speciale gipszaag. Hiermee wordt een sleuf in het gips gemaakt en daarna wordt het gips open gebroken. Het verwijderen van het gips doet geen pijn. Na het verwijderen van het gips krijgt u (als u dit wilt) de gelegenheid om uw kind in bad te doen. U moet daarvoor zelf de spullen meenemen, zoals bijvoorbeeld handdoeken en badolie. Een badje is aanwezig. Na het bad worden de voeten opnieuw beoordeeld en ingegipst. 

Achillespees verlenging (na 4 tot 8 weken)   

Op het moment dat de voet mooi naar buiten draait, beoordeelt de kinderorthopedisch chirurg of de spitsstand van de voet voldoende gecorrigeerd kan worden. Bij het grootste deel van de kinderen kan de spitsstand niet gecorrigeerd worden in het gips (+/-90%). Dit komt door een verkorting van de achillespees. In dat geval is een kleine operatie aan de achillespees nodig. De achillespees wordt, op een verrichtingenkamer onder plaatselijke verdoving (Emla crème, figuur 3) verlengd. De verdovende crème zorgt ervoor dat de prik door de huid niet gevoeld wordt, maar de operatie is niet helemaal pijnloos. De pijn is hetzelfde als bij een vaccinatie. Het wondje is niet groter dan een halve centimeter en wordt gesloten met hechtpleisters (steristrips, figuur 4).

Figuur 3: Plaatselijke verdoving met Emla crème  

Figuur 4: Hechtpleister (Steristrip) na achillispees doorsnijding  

Het is aan te raden om te wachten met de flesvoeding totdat de kinderorthopedisch chirurg begint met de voorbereidingen voor het verlengen van de achillespees. Uw kind is het rustigst als het tijdens de ingreep kan drinken. Tijdens de ingreep kan ook nog sucrose 25%, een suikeroplossing, op de speen aangebracht worden.

De ingreep kan in bijzijn van de ouders worden uitgevoerd. Na het doornemen van de achillespees wordt de voet nog voor 3 weken ingegipst. De pees kan nu in het gips genezen. Er kan na de achillespeesverlenging soms een kleine nabloeding ontstaan. Dit mag niet groter worden dan een 2 euro muntstuk in de eerste 24 uur. Als u wat bloed in het gips ziet, kunt u het met een pen omlijnen om in de gaten te houden dat “vlek” niet groter wordt (mocht het gips nat worden kan het bloed wel iets uitbreiden). Als u twijfelt kunt u contact opnemen met de gipskamer. 

Boots and bar (tot 4 jaar)   

Na deze periode is een vervolgbehandeling met speciale schoenen nodig om te voorkomen dat de stand van de voet achteruitgaat. Tussen de schoenen zit een metalen staaf (boots en bar, B&B, figuur 5). De schoen aan de kant van de klompvoet wordt fors naar buiten gedraaid (60-70 graden exorotatie) en op de staaf bevestigd. Bij een dubbelzijdige klompvoet wordt dit zowel links als rechts gedaan. De schoen aan de kant waar geen klompvoet is wordt minder naar buiten gedraaid (40 graden, exorotatie) en bevestigd op de staaf. Voor een succesvolle behandeling is het van belang dat deze B&B, de eerste 3 maanden dag en nacht gedragen worden. Daarna is het nog nodig dat de B&B ’s nachts en gedurende de slaapuren overdag, gedragen worden. 

Figuur 5: Boots and bar  

In de schoenen worden wat langere katoenen sokken gedragen. Deze moeten zonder plooitjes goed om de voeten aansluiten omdat er anders zere plekken kunnen ontstaan. Als u op de poli komt, vragen wij u zelf sokken mee te nemen. Neem eventueel verschillende soorten sokken mee om te kijken welke het beste zitten. Dan nemen wij met u door hoe u de B&B aantrekt.

Wanneer u zelf de schoentjes bij uw kind aantrekt is het belangrijk dat de hiel goed achter in de schoen zit. Op de polikliniek wordt u verteld hoe u dit moet controleren. Om de hiel goed achterin te houden moet de middelste band van de schoen goed aangetrokken worden. In het begin moet u regelmatig controleren of de schoenen niet te strak of te los zitten. Wanneer de schoen te los zit dan gaat hij schuiven en ontstaan blaren. De eerste dagen doet u de schoenen om de 4-6 uur af om te controleren op drukplekken. Als uw kind veel huilt is het ook goed om even te controleren of de schoenen goed zitten. Na een paar dagen kunt u de controles terugbrengen tot 2x per dag, of voor momenten dat uw kind last lijkt te hebben.

De B&B worden de eerste 3 maanden gedurende 23 uur per dag gedragen. Mochten er problemen zijn dan kunt u contact opnemen met het ziekenhuis. Na 2 weken komt u op controle om te kijken hoe het gaat. Daarna zijn de controles na 6 weken en 3 maanden na starten van de behandeling met de B&B.

Wat is de prognose?

Hoe ernstig is de klompvoet?

De ernst van de klompvoet wordt bepaald door het onderzoek van de afwijkende voet. Er zijn twee gebruikelijke scores te bepalen: de Pirani en de Diméglio. Beide scores maken gebruik van de het beoordelen van de vier standsafwijkingen: Cavus, Adductus, Varus en Equinus. In de meest ernstige vorm scoort een klompvoet het hoogste aantal punten; bij Pirani zijn dit 6 punten, bij Diméglio 20 punten. De eerste score na de geboorte bepaald dus de ernst van de klompvoet. Dit is belangrijk voor de uiteindelijke uitkomst (prognose). Ook het resultaat van de behandeling, waarover later meer, bepaalt mede de prognose. In de praktijk zult u zien dat het puntenaantal steeds verder afneemt. Een volledige normale voet heeft 0 punten in beide scoringssystemen.

Nazorg

Waar moet u op letten na uw behandeling?

4 jaar tot het eind van de groei  

Na de vierde verjaardag gaan de speciale schoenen (B&B) uit, maar blijft uw kind onder controle tot hij of zij uitgegroeid is. Dit om terugval of problemen op tijd te kunnen signaleren. Ongeveer 25% van de kinderen heeft een terugval. Hierbij kunt u denken aan het opnieuw te kort zijn van de achillespees, waarvoor gips of incidenteel een operatieve verlenging nodig kan zijn. Soms kan ook de stand van de voet wat verslechteren. Dit komt omdat de pezen aan de buitenkant van de voet soms wat zwakker zijn. Afhankelijk van de ernst en de leeftijd, zal dan opnieuw gegipst worden of een operatie voorgesteld worden. Een van de operaties is het verplaatsen van de buigpees van de binnenzijde van voet de naar een ander bot aan de buitenzijde van de voet. 

Wat zijn de gevolgen voor uw kind op langere termijn?   

Een klompvoet is een aangeboren afwijking en wordt nooit een 100% normale voet. De voet is vaak ietsje kleiner en het onderbeen ietsje korter. Ook is het onderbeen vaak iets meer naar binnen gedraaid (endorotatie) en blijft de kuit dunner dan normaal. Dit laatste heeft dus niets met het gips te maken maar wel met het feit dat de spieren bij een klompvoet iets minder ontwikkeld zijn. Het doel van de behandeling is dat uw kind normale schoenen kan dragen, geen pijn heeft en normaal kan functioneren. Uw kind kan meestal gewoon meedoen met sport en gym op school. Sommige kinderen klagen over minder kracht of snelheid ten opzichte van leeftijdsgenoten.

Komen heupafwijkingen vaker voor bij kinderen met een klompvoet?   

Bij ruim één op de tien kinderen met klompvoeten worden ook heupafwijkingen gezien. Dit wordt ook wel dysplastische heupontwikkeling (heupdysplasie) genoemd. De Engelse term Developmental Dysplasia of the Hip (DDH) is het meest gangbaar. Vanwege dit verhoogde risico op DDH wordt er op de leeftijd van 3 maanden een echografie (geluidsgolven onderzoek zoals in de zwangerschap) van de heupen gemaakt. Het resultaat wordt dan besproken met uw kinderorthopedisch chirurg. Een eventuele behandeling wordt dan ook gestart.

Meer informatie

Contact

Polikliniek Orthopedie: (071) 526 80 03  

Gipskamer 

De gipskamer is geopend van maandag t/m vrijdag van 8.00 uur tot 16.30 uur.  

U kunt de Gipskamer telefonisch bereiken van maandag t/m vrijdag tussen 08.30 - 09.30 uur en tussen 13.30 - 14.30 uur via (071) 526 3038.  

  

Vanaf 16.30 uur, in het weekend en op feestdagen is de Gipskamer gesloten en kunt u contact opnemen met de Spoedeisende Hulp via (071) 526 1950. 

LUMC algemeen (telefooncentrale): (071) 526 91 11

Links

Zijn er websites met objectieve informatie over de klompvoet?   

Ja, de inhoud van de volgende websites zijn door professionals gemaakt: 

Overig

Tips van andere ouders: 

  

Waar moet u op letten nadat het gips is aangelegd?  

De eerste uren kan uw baby wat huilerig zijn. Dit komt meestal omdat de gipsen best zwaar zijn als ze nog niet helemaal droog zijn. U kunt een handdoek oprollen en onder de knieën leggen om de druk onder de hielen te verminderen. Als uw kind blijft huilen, dan kunt u een paracetamol zetpil geven.  

Maakt u zich niet te veel zorgen als er wat uit de luier op het gips lekt. U kunt het zo goed mogelijk schoonmaken met een doekje en dan zo laten. Het gips gaat er toch weer binnen een week af.  

U moet de tenen regelmatig controleren als het gips er net om zit. U drukt heel zacht op de tenen, dan worden ze wit en als u ze loslaat moeten ze snel weer roze worden. Als dat niet zo is moet u de dokter waarschuwen, want het gips kan te strak zitten.  

Welke kleding is geschikt voor over het gips?  

Ten eerste alle pakjes die uit 1 stuk zijn (met een vastgestikte voet) kunt u niet gebruiken. De gipsen zullen er niet doorheen passen. Als er geen voetstuk aan zit kunnen ze wel.  

Het gips zelf is ook al warm, dus in de zomer is alleen een sok over de voet vaak genoeg.  

Welke kleding is geschikt voor de brace?  

In het begin moeten de B&B 23 uur per dag om. Het is dan handig om kleding aan te doen die in zijn geheel over het hoofd aan en uitgedaan kan worden (met drukkers tussen de benen). De sokken moeten nauw sluiten en geen vervelende naden hebben. Deze kunnen gemakkelijk dubbel gaan zitten en drukplekken veroorzaken.  

Waar moet ik op letten bij het vervoer?  

Let er bij aanschaffen van vervoersmiddelen op dat de stoel breed genoeg is om met gespreide benen te liggen (even breed als schouderbreedte).  

Wat kan ik verwachten van mijn omgeving?  

Als u naar buiten gaat met een baby met 1 of 2 benen in het gips zult u mogelijk aangesproken worden door mensen. Probeer niet beledigd te zijn. Zorg ervoor dat u een verhaal klaar hebt om uitleg te geven. Ook voor de 23-uur/dag B&B-periode.  

Wat kan ik verwachten van de eerste dagen B&B dragen?  

In het begin kan het lastig zijn om de schoenen aan te doen. Het is belangrijk dat de hiel goed achterin zit.  

Uw baby zal in het begin waarschijnlijk van streek zijn omdat de benen niet meer onafhankelijk van elkaar bewogen kunnen worden. U kunt samen met uw baby de voeten bewegen om te laten zien wat de baby ermee kan. Na een paar dagen zwaaien ze hun benen met B&B en al door de lucht.  

Als u kind blijft huilen, dan kan het zijn dat er iets knelt in de sokken of in de schoenen. Maak dan één voor één de riempjes los en beoordeel wat het effect is op het huilen. Controleer dan altijd de huid op roodheid om zo drukplekken op tijd op te sporen.  

Heeft de behandeling invloed op de ontwikkeling van mijn kind?  

De ontwikkeling van uw kind wordt niet geschaad door het dragen van de gipsen en B&B. Vaak kunnen de B&B zelfs helpen om beter te draaien of stabieler te zitten.  

Om te voorkomen dat uw kind gaat tegensputteren met de B&B is het goed om een routine te maken van het aantrekken van de schoenen. Maak het bijvoorbeeld een vast onderdeel van het slaapritueel. 

Als uw kind veel beweegt is het handig om de staaf (bar) te bekleden met vilt. Dit beschermt uw meubilair, uw kind en uzelf voor de metalen staaf.  

Gebruik geen lotion op rode plekken op de huid, dit maakt het probleem alleen maar erger. Een beetje roodheid is normaal. Felrode plekken en blaren zijn niet goed. Als deze plekken op de hiel zitten is het meestal een teken dat de schoen te los zit. Neem dan contact op met de dokter.