Patiëntenfolder

Endoscopische echografie vanuit de slokdarm (EUS-FNA)

Binnenkort ondergaat u een onderzoek op de endoscopieafdeling. In deze folder leggen we uit hoe dit onderzoek verloopt. 

Deze informatie is opgesteld door de afdeling(en) Longziekten.

Onze zorg

Wat is Endoscopische echografie vanuit de slokdarm (EUS-FNA)?

Bij een EUS brengt een arts een buigzame, flexibele slang (endoscoop) met echokop in de slokdarm in. Vanuit de slokdarm kan hij of zij weefsel van klieren nemen die zich tussen uw longen bevinden en als dat nodig is van de linker bijnier. De arts prikt de klieren en/of bijnier met een dunne naald aan en zuigt celmateriaal op. In het laboratorium wordt dit onderzocht om de oorzaak van uw klachten op te sporen. Het onderzoek wordt uitgevoerd met een kalmerend middel of met diepe sedatie. De arts zal dit bepalen.

Voorbereiding

Hoe kunt u zich voorbereiden?

Kleding  

Draag makkelijke, niet-knellende kleding. Sieraden of andere kostbaarheden kunnen kwijtraken, u kunt ze daarom beter thuislaten.  

Medicijnen   

Sommige medicijnen hebben invloed op het onderzoek. Volgt u daarom onderstaande instructies.  

Antistolling

Gebruikt u bloedverdunners (bijvoorbeeld Ascal, Plavix of de nieuwe antistollingsmiddelen)? Meld dit dan aan uw behandelend arts. Deze zal dan bepalen of de bloedverdunner tijdelijk gestopt kan worden. Gebruikt u een bloedverdunner die de trombosedienst doseert, (zoals fenprocoumon (Marcoumar®) of acenocoumarol), dan moet de trombosedienst de dosering hiervan aanpassen. In dat geval moet u, zodra de datum van het onderzoek bekend is, contact opnemen met de trombosedienst. Op de dag van het onderzoek is een INR-bepaling nodig.  

Glucoseregulerende medicijnen

Heeft u diabetes mellitus, dan krijgt u van uw behandelend arts advies over het aanpassen van uw bloedsuikerregulerende medicijnen. Bij twijfel kunt u contact opnemen met uw diabetesverpleegkundige. Uw andere medicijnen kunt u over het algemeen op de gebruikelijke manier en tijd innemen.  

Eten en drinken  

Vanaf 24.00 uur de dag voorafgaande het onderzoek niet meer eten of drinken. Staat het onderzoek ná 13.00 uur gepland, dan mag u tot 7.00 uur een beschuitje met jam en een kopje thee. Daarna mag u niets meer eten of drinken. Meld bijzonderheden vooraf Laat het ons weten wanneer u een lichamelijke beperking of handicap hebt. Zo kunnen we als het nodig is, extra tijd inplannen voor uw onderzoek.   

Bent u verhinderd?  

Laat het ons op tijd weten wanneer de afspraak niet kan doorgaan. Wij kunnen dan een andere patiënt in uw plaats helpen. 

Het onderzoek / de behandeling

Hoe gaat het onderzoek / de behandeling in zijn werk?

Waar moet u zich melden?  

Het onderzoek wordt (poli)klinisch gedaan op de endoscopieafdeling. U meldt zich bij de ingang van het ziekenhuis bij de aanmeldzuil. Uit de zuil ontvangt u een ticket. 

De gastvrouwen/-mannen in de centrale hal wijzen u graag de weg.  

Bij de endoscopieafdeling route 164 (C04-S) meldt u zich met de ticket bij de aanmeldzuil. Daarna neemt u plaats in de wachtkamer.  

Onderzoek met sedatie  

Meestal wordt het onderzoek uitgevoerd met kalmerende en pijnstillende middelen (sedatie). Sedatie is geen narcose maar een ontspanningsmiddel. Van sedatie kunt u slaperig worden en merkt u minder van het onderzoek. In het geval van sedatie wordt er een infuusnaald bij u ingebracht om de medicijnen toe te dienen. In verband met deze voorbereidingen voor het onderzoek, moet u 30 minuten eerder komen. Na het onderzoek blijft u ongeveer 30 minuten in het ziekenhuis zodat we u nog even in de gaten kunnen houden.  

Het onderzoek  

Voor het onderzoek begint, krijgt u van de verpleegkundige een verdovingsspray. Dit middel verdooft uw keel, waardoor u de endoscoop minder goed voelt. Uw keel voelt dik aan en slikken gaat moeilijker.  

U krijgt u een mondstuk in de mond. Dit om te voorkomen dat u op de echo-endoscoop (een slang met geluidsgolven) bijt.   

U krijgt een ‘knijper’ op uw vinger waarmee we uw hartslag en zuurstofgehalte in het bloed tijdens het onderzoek in de gaten houden. Via de infuusnaald krijgt u het kalmerende middel. U voelt zich wat slaperig en u merkt naar verwachting weinig van het onderzoek.   

Bij dit onderzoek ligt u op uw linkerzijde. Aan het begin van het onderzoek brengt de arts de endoscoop via de mond in de slokdarm. De arts vraagt u om de endoscoop door te slikken, wat over het algemeen erg snel en gemakkelijk gaat. Het inslikken van de scoop bemoeilijkt het ademhalen niet en als de scoop eenmaal is ingeslikt, ervaart men het aanwezig zijn van de scoop in de slokdarm meestal als minder hinderlijk. De luchtweg blijft vrij bij dit onderzoek.  

Het slijm of speeksel dat zich in uw mond ophoopt, kunt u doorslikken. U mag het ook op het matje laten lopen. De verpleegkundige zuigt ook het eventueel aanwezige slijm weg met een zuigslangetje.   

Wanneer de endoscoop zich in de slokdarm bevindt, onderzoekt de arts met behulp van echobeelden de tussen de longen gelegen lymfeklieren. De arts zuigt met een dunne naald weefsel op. Dit heet een punctie. Deze punctie wordt een aantal malen herhaald. Hier voelt u weinig tot niets van. Het weefsel wordt na het onderzoek onderzocht in het laboratorium.  

Duur van het onderzoek  

Het onderzoek duurt gemiddeld 30 minuten.

Waar moet u op letten direct na het onderzoek / de behandeling?

Leefregel  

Door de verdoving van de keel kunt u zich verslikken. Daarom mag u tot 90 minuten na het onderzoek niets eten of drinken. In verband met de sedatie moet u na het onderzoek 30 minuten ter observatie in het ziekenhuis blijven. Zie ook ‘het onderzoek met sedatie’. 

Begeleiding  

Als u sedatie krijgt voor dit onderzoek, is het noodzakelijk dat iemand u ophaalt van de endoscopieafdeling route 164 (C04-S). U mag niet alleen naar huis, ook niet met het openbaar vervoer of de taxi. De hele dag mag u geen motorvoertuig besturen en het is verstandig de rest van de dag rustig aan te doen.  

Let op: Heeft u dit niet geregeld, dan kan het onderzoek met sedatie niet doorgaan.

Wanneer krijgt u de uitslag?

U krijgt een voorlopige uitslag mee naar huis. De definitieve uitslag en de uitslag van eventueel afgenomen weefsel krijgt u later bij uw vervolgafspraak op de polikliniek.

Wat zijn de risico's, bijwerkingen of complicaties?

Een punctie kan een kleine bloeding geven, zoals bij bloedafname uit de arm. Een grotere bloeding komt bijna niet voor. Onder sommige omstandigheden (met name bij verdenking sarcoïdose) is er risico op infectie. In dat geval zal uw arts antibiotica aan u voorschrijven.  

Meer informatie

Contactgegevens van de betrokken poliklinieken

Als u vragen heeft, kunt u contact opnemen met de endoscopieafdeling. Dat kan op werkdagen tussen 9.00 – 11.00 uur via telefoonnummer 071-526 35 57.  Kijk ook op mijnlumc.lumc.nl/mijnlumc/#/portal

Bij medische problemen na de scopie kunt u contact opnemen met het LUMC 071- 26 91 11 en vragen naar de dienstdoende longarts.