Kinderstamceltransplantatie, donorkeuze
Witte bloedcellen zijn gemaakt om alles wat vreemd is in het lichaam aan te vallen en kapot te maken.
De witte bloedcellen weten wat vreemd is in het lichaam en wat niet vreemd is.
Dat weten ze door een ingewikkeld systeem: HLA.
Dit systeem is bepaald door je genen.
Je wordt hiermee geboren.
Bij een stamcel-transplantatie komen de witte bloedcellen van de donor in jouw lichaam.
Daarom is het belangrijk dat het ingewikkeld systeem (HLA) van de donor en van jou gelijk zijn.
De kans dat een broer of zus een goede donor is, is het grootst: 25%.
Soms kan een ouder een goede donor zijn.
Daarom wordt bij iedereen in het gezin bloed afgenomen.
Als binnen het gezin geen donor gevonden wordt, wordt verder gezocht.
Dit gebeurd door Matchis.
Dat is een organisatie die wereldwijd op zoek gaat naar de meest geschikte donor.
Het kan tot een paar maanden duren voordat de meest geschikte donor gevonden is.
Waar halen we stamcellen vandaan voor een patiënt?
Er zijn drie manieren om stamcellen te verzamelen bij de donor:
Uit het beenmerg.
Met een holle naald maakt de arts een klein gaatje bij de heup.
Door de naald worden de stamcellen opgezogen.
Dit wordt gedaan op de operatiekamer.
De donor is dan in diepe slaap (narcose).
Uit het bloed.
De stamcellen zitten in het beenmerg.
De stamcellen moeten naar het bloed gaan.
Daarom worden er medicijnen gegeven.
De medicijnen worden ingespoten.
Met een speciale machine worden de stamcellen uit het bloed gehaald.
Uit het bloed van de navelstreng.
Bij de geboorte zit de baby vast aan een navelstreng.
In het bloed van de navelstreng zitten veel stamcellen.
Deze stamcellen worden soms gebruikt voor de behandeling.