Patiëntenfolder

Omgaan met vasovagale syncope

Heeft u last van vasovagale syncope? U bent bij het LUMC in goede handen. Lees hier meer over wat vasovagale syncope inhoudt en welke zorg het LUMC u biedt.

Deze informatie is opgesteld door de afdeling Spoedeisende Hulp en Polikliniek voor Syncope en Autonome Aandoeningen, LUMC en neurologen Prof. dr. J.G. van Dijk en Dr. R.D. Thijs.

Onze zorg

Wat is Omgaan met vasovagale syncope?

Er worden veel verschillende woorden en begrippen gebruikt rondom aanvallen van bewusteloosheid. In het LUMC worden de begrippen gebruikt zoals die in Europa en het grootste deel van de wereld in de medische wereld gebruikt worden. Om u daar een beetje wegwijs in te maken, leggen we er hier een paar uit.  

Een 'wegraking' betekent dat iemand kortdurend bewusteloos is geweest, door wat voor oorzaak dan ook. ‘Kortdurend’ betekent dat de aanval maar enkele seconden tot enkele minuten duurt. Het woord 'syncope' gebruiken we voor wegrakingen met een speciale oorzaak: de bloedsomloop slaagt er tijdelijk niet in om de hersenen genoeg bloed te geven. Daar zijn ook weer verschillende oorzaken voor, zoals bv. hartziekten, maar de meest voorkomende oorzaak is 'reflexsyncope', Daarbij zorgt een reflex vanuit het zenuwstelsel ervoor dat de bloedsomloop tijdelijk sterk afneemt. 'Vasovagale syncope', afgekort VVS, is de meest voorkomende vorm; daar gaat deze informatie over.  

Het woord 'flauwvallen' wordt soms voor alle vormen van syncope gebruikt, soms alleen voor VVS. Sommigen gebruiken het woord 'collaps', maar dat is een verwarrend woord, omdat sommigen er omvallen zonder bewusteloosheid mee bedoelen, en anderen alleen vallen met bewusteloosheid. Dat verschil is zo belangrijk dat we alle verwarring willen voorkomen en daarom gebruiken we het woord 'collaps' niet.


Wat gebeurt er in het lichaam bij vasovagale syncope?  

VVS wordt uitgelokt 

VVS berust op een reflex vanuit het zg. autonome zenuwstelsel, die door iets wordt uitgelokt. Hele bekende uitlokkende factoren zijn pijn of het zien van bloed: heel wat mensen krijgen VVS bij bloedprikken. Angst speelt bij de pijn vaak een rol: bij mensen die gevoelig zijn voor VVS kan een naar verhaal of het zien van medische ingrepen op de TV een aanval van VVS uitlokken.  

Stilstaan is ook een heel veel voorkomende uitlokkende omstandigheid. Denk aan in de rij staan, douchen of een receptie. Alles wat de bloeddruk lager maakt, zoals weinig vocht in het lichaam, vergroot de kans op VVS. Dat kunnen ook plaspillen of medicijnen tegen hoge bloeddruk zijn.  

Vaak treedt VVS op als er meerdere omstandigheden tegelijk aanwezig zijn. Dat zijn bv. een drukke omgeving, het horen van een naar verhaal, warmte, weinig drinken, wat griep of diarree.  

Het flauwvallen zelf 

De reflex die VVS veroorzaakt is een normale bloeddrukreflex die opeens veel te sterk werkt. Wat er dan gebeurt is het volgende:  

  • De bloeddruk daalt; eerst een paar minuten een klein beetje, en dan opeens in een seconde of 30 heel snel.  
  • De hartslag kan er langzaam bij worden en soms tijdelijk even stoppen (dat klinkt als een hartziekte maar is het niet: het gezonde hart voert de opdracht van het zenuwstelsel uit). 

Het resultaat is dat de bloedsomloop sterk afneemt. Omdat de hersenen enorm veel bloed nodig hebben èn op de hoogste plaats in het lichaam zitten houden die er als eerste op met werken. Mensen merken dat aan een licht gevoel in het hoofd, soms beschreven als duizeligheid, draaierigheid of een zwaar gevoel, en slechter zien met zwart voor de ogen; daarna worden ze bewusteloos en vallen ze. 

De bewusteloosheid duurt meestal nog geen minuut, maar voor een bezorgd familielid lijkt dat wel 5 of 10 minuten te duren. Tijdens de bewusteloosheid ontstaan er meestal enkele schokken van armen of benen en kan men de plas laten lopen, maar dat is maar zelden.  

Bijkomende verschijnselen 

Er gebeurt meer dan alleen met de bloedsomloop. Vaak gaan mensen tevoren zweten, worden ze heel bleek en misselijk. De misselijkheid kan tot braken en zelfs tot diarree leiden. Deze bijkomende verschijnselen zijn vervelend, maar ook nuttig, omdat ze als waarschuwing dienen dat flauwvallen er aan komt.  

Wie krijgen VVS?  

Maar liefst één op de drie mensen valt gedurende het hele leven flauw. De meeste mensen overkomt het maar een of twee keer in hun leven, maar anderen hebben het honderden keren. Het kan op alle leeftijden voorkomen, van kleuters tot 100-jarigen. Het komt het meest van bij jongeren tussen de 12 en 24 jaar, en bij mensen boven de 60 jaar. Het komt vaker bij vrouwen dan bij mannen voor, en komt ook vaak in de familie voor.  

Mensen denken nogal eens dat wie VVS krijgt overmatig bang is aangelegd, maar dat is niet zo. Je kunt beter zeggen dat bij sommigen de reflex ‘los zit’: bij evenveel pijn als een ander hebben zij de pech flauw te vallen. 

Voorbereiding

Wat gaat er vooraf aan het onderzoek of de behandeling?

Vaak is de diagnose VVS niet moeilijk; veel mensen gaan er niet eens naar de huisarts. Maar de uitlokking kan onduidelijk zijn en de uitingen kunnen enorm wisselen, en dan wordt het moeilijk. Er is geen test waarmee je buiten een aanval kunt vaststellen of iemand neigt tot VVS. De belangrijkste manier om de diagnose te stellen is om de details van de aanvallen te vergelijken met wat we weten van VVS en andere wegrakingen. Dat vergt een heel precies vraaggesprek over de aanvallen, waarbij het ook belangrijk is dat een arts met een ooggetuige spreekt. Helaas zijn er maar weinig specialisten die er goed voor geleerd hebben.  

De 'kantelproef' is een methode waarmee geprobeerd wordt om VVS op te wekken. Dat lukt lang niet altijd, maar als het wel lukt is het belangrijk te weten of de aanval voor de patiënt hetzelfde verliep als de spontane aanvallen.

Het onderzoek / de behandeling

Hoe gaat het onderzoek / de behandeling in zijn werk?

De behandeling van VVS  

Wat kan een patiënt met VVS zelf doen om flauwvallen te voorkomen? 

  • Vermijden van risicosituaties Wie VVS krijgt van bloed zien of van enge situaties, kan die maar beter vermijden. Wie het makkelijk krijgt van lang staan, kan maar beter gaan lopen, leunen of zitten. 
  • Altijd ruim water en zout Een lage bloeddruk draagt bij tot het krijgen van VVS; wie daartoe neigt moet voorkomen dat de bloeddruk in de gevarenzone komt: gebruik altijd ruim water en zout. Of er ruim water in het lichaam is, is makkelijk te zien aan de kleur van de urine: hoe lichter en minder gekleurd die is, hoe meer water er in het lichaam zit, wat weer goed is om flauwvallen te voorkomen. Maar pas op: wie een hoge bloeddruk heeft moet niet zomaar meer zout gebruiken!
  • Voorbereiden op lang staan Het volgende is alleen van belang voor wie VVS krijgt van lang staan. Wie bv. een goede kans heeft om flauw te vallen bij een receptie, kan een paar minuten tevoren snel een half tot driekwart liter water drinken: dat verhoogt de bloeddruk ruim een half uur.  
  • 'Bloeddrukverhogende manoeuvres' Wie voelt dat het misgaat, moet snel gaan zitten of liggen. In je eigen huis is dat geen probleem, maar op het werk of in een winkel wil je dat liever niet. Hurken kan ook werken. Men kan de bloeddruk staand ook verhogen door de benen te kruisen en ze krachtig tegen elkaar te duwen. Wat ook goed werkt is de benen tegen elkaar te knijpen en de knieën met kracht te strekken. Dit kan genoeg zijn om flauwvallen te voorkomen, en het geeft ook even de tijd te bedenken waar men kan gaan zitten. Let op: als het zwart wordt voor de ogen, is het bijna zover: dat is de allerlaatste waarschuwing voor je bewusteloos wordt. 

Wat kunnen omstanders doen als iemand flauwvalt? 

  • Laten liggen Hou mensen die flauwvallen of dreigen flauw te vallen nóóit rechtop, ook niet zittend in een stoel: dat maakt het veel moeilijker bloed in de hersenen te krijgen en dan duurt het langer. Probeer mensen dus horizontaal te krijgen. Het kan helpen om de benen van de patiënt in de lucht te houden. Raak niet in paniek: flauwvallen kan er vreselijk eng uitzien, maar het gaat weer vanzelf over.  
  • 112 bellen? Soms wordt een ambulance gebeld bij VVS. Als iemand echter precies hetzelfde soort aanval heeft als alle vorige, en het is zeker dat het om VVS gaat, dan kan het ambulancepersoneel niet veel nuttigs doen en dan kan men dat maar beter laten. 

Wat kunnen artsen nog aan extra's doen? 

  • Geneesmiddelen Er zijn medicijnen die helpen meer water in het lichaam vast te houden, of die de bloeddruk verhogen. Voor wie een lage bloeddruk heeft kan dat helpen om de reflex minder makkelijk op te laten treden. Het nadeel van dergelijke medicijnen is dat de bloeddruk mogelijk te hoog wordt, wat niet gewenst is. Daarom worden dergelijke medicijnen heel weinig gebruikt, en alleen onder bijzondere omstandigheden (namelijk als verder niets helpt, als men heel vaak flauwvalt en de bloeddruk niet al hoog is). 
  • Pacemaker Bij sommige mensen ontstaat VVS vooral via een hele lage hartslag; de hartslag kan zelfs stilstaan. Bij kinderen onder de zes jaar verloopt VVS vrijwel altijd via zo'n pauze in de hartslag. De hartslag komt bij VVS altijd vanzelf weer op gang. Er wordt al gauw gedacht dat een pacemaker van het hart dan een goede methode is om niet meer flauw te vallen., maar zo simpel is het niet. Het is tevoren vaak niet zeker dat men van alle aanvallen afkomt, en een pacemaker kan ook problemen veroorzaken. . Er komen daarom maar heel weinig mensen met VVS in aanmerking voor een pacemaker (eigenlijk alleen bij ouderen bij wie niets werkt, die heel vaak VVS hebben, en bij wie meer dan eens is bewezen dat er een pauze bij optreedt.

Wat zijn de risico's, bijwerkingen of complicaties?

Elke keer als iemand VVS heeft komt er te weinig bloed in de hersenen. Dat klinkt gevaarlijk; of het volledig onschuldig is, is dan ook niet helemaal zeker. Maar je merkt niets afwijkends aan mensen die in het leven talloze keren zijn flauwgevallen, zodat er in ieder geval weinig reden is om bang te zijn voor bv hersenschade. 

Het probleem van VVS is dat vallen verwondingen kan veroorzaken. Het belemmert ook beroepen waarbij het gevaarlijk is om plotseling bewusteloos te raken, zoals werken met zware machines of buschauffeur.  

Volgens de wet mag men met syncope soms niet autorijden. Uw behandelend specialist kan u daar voorlichting over geven, maar mag niet officieel bepalen hoe lang ontzegging geldt; daar kan een keuring via een andere specialist voor nodig zijn.