Patiëntenfolder

Informatie voorafgaande aan een kaakchirurgische behandeling

Nu u kaakchirurgisch behandeld gaat worden, is het in uw eigen belang dat u de navolgende informatie goed doorleest. Om u zo goed mogelijk te informeren zijn ook die situaties beschreven, die slechts bij hoge uitzondering voorkomen. Voor vragen kunt u vanzelfsprekend terecht bij de behandelend kaakchirurg.

Deze informatie is opgesteld door de afdeling(en) Mondziekten, Kaak- en Aangezichtschirurgie.

Het onderzoek / de behandeling

Hoe gaat het onderzoek / de behandeling in zijn werk?

Omdat de behandeling onder steriele omstandigheden wordt uitgevoerd, wordt het gebied van de ingreep met een doek afgedekt. Ook uw ogen worden afgedekt, zodat u niet wordt verblind door de operatielamp. U kunt echter wel onder de doek doorkijken.
De artsen en assistentes die u behandelen hebben een muts op, een maskertje voor de mond en steriele handschoenen aan.
Tijdens de behandeling wordt (zo nodig) wat bot weg geboord. U voelt hierbij het trillen van de boor, maar het doet geen pijn. Meestal wordt het tandvlees gehecht met materiaal dat vanzelf oplost. 

Verreweg de meeste ingrepen in de kaakchirurgische praktijk zijn routinehandelingen. Toch kan er bij hoge uitzondering wel eens een complicatie optreden. Bijna altijd kan de kaakchirurg de kans daarop van tevoren inschatten. Hij zal dat dan ook vooraf met u bespreken.

Wat zijn de risico's, bijwerkingen of complicaties?

Na de behandeling is het normaal dat u pijn krijgt. U kunt de pijn bestrijden met paracetamol, te verkrijgen bij drogist en apotheek. Zonodig wordt een andere pijnstiller voorgeschreven. Een dikke wang, een blauwgele verkleuring en een verminderde mondopening zijn na een wat moeilijkere ingreep normaal. De zwelling neemt na 3 tot 5 dagen weer af. Ook kan gedurende de eerste dagen koorts voorkomen. 

Het is verstandig om bij het maken van de behandelafspraak rekening te houden met de kans op nabezwaren.

Beschadigingen 

De kans bestaat, hoe klein dan ook, dat er onbedoeld schade ontstaat aan een ander gebitselement. Zo kunnen van grote vullingen stukjes afbrokkelen of kunnen kronen e.d. los gaan zitten. In dat geval zal de kaakchirurg uw tandarts vragen e.e.a. te herstellen. 

Zenuwuitval 

In de onderkaak loopt de onderkaakzenuw die onder meer voor het gevoel in de onderlip en kin zorgt. Soms liggen de wortels van de kiezen tegen deze zenuw aan. Door de behandeling kan deze zenuw beschadigd worden, waardoor een verminderd gevoel in de onderlip kan ontstaan. Bijna altijd herstelt zich dat spontaan binnen een aantal weken. Hetzelfde geldt voor de zenuw die het gevoel in één helft van de tong verzorgt en die aan de tongzijde vlak naast de onderkaak loopt. 

Open verbinding naar de kaakholte 

Soms steken de wortels van de bovenkiezen uit in de kaakholte. Als deze kiezen worden verwijderd, kan een verbinding tussen de mond en de kaakholte ontstaan. Zo’n verbinding wordt nauwkeurig met niet-oplosbare hechtingen gesloten. In een zeer klein aantal gevallen kan hierop een (tijdelijke) kaakholteontsteking volgen. 

Kaakfractuur 

Bij zeer hoge uitzondering kan door het verwijderen van een kies, hoe zorgvuldig ook uitgevoerd, een barst in de onderkaak ontstaan. De kans daarop wordt geschat op 1 op de 50.000 behandelingen.

Meer informatie

Contactgegevens van de betrokken poliklinieken

Onze patiënten kunnen bij vragen u altijd bellen: 

Polikliniek mondziekten en kaakchirurgie, receptie J2-Q-27, telefoon (071) 526 2372 tussen 9.00 en 12.00 en tussen 14.00 en 15.00 uur.