Familiair melanoom

Op deze pagina vindt u meer informatie over de onderzoeksgroep Familiair melanoom.

Onderzoeksgroep melanoom

Cutaan melanoom is een kwaadaardige tumor die ontstaat uit melanocyten die zich in de huid bevinden. Vanwege de metastatische neiging wordt melanoom geassocieerd met aanzienlijke sterfte. Klinisch moet een melanoom worden onderscheiden van melanocytische naevus, een goedaardige laesie bestaande uit melanocyten met een stabiele groeistilstand. Er zijn oorzakelijke genetische laesies en de daaruit voortvloeiende veranderingen in de celsignalering geïdentificeerd die de ontwikkeling van melanoom aansturen, wat een gerichte behandeling mogelijk heeft gemaakt. Bovendien hebben inzichten in de tumor-immuuninteractie bij melanoom geleid tot de ontwikkeling van immunotherapeutische benaderingen voor patiënten met metastatische ziekte. Ongeveer 10% van de patiënten met melanoom heeft een positieve familiegeschiedenis voor deze maligniteit. De genetische basis van de gevoeligheid voor melanoom is complex. CDKN2A is het belangrijkste erfelijke melanoomgen; inactiverende genvarianten worden in meer dan 30% van de melanoomfamilies geïdentificeerd. Dragers hebben een levenslange kans van 70% om melanoom te ontwikkelen en lopen een verhoogd risico op pancreaskanker en andere typen tumoren.

Bij het melanoomonderzoek en de patiëntenzorg in het LUMC zijn verschillende klinische en preklinische afdelingen betrokken. Er zijn sterke samenwerkingen met het Antoni van Leeuwenhoek-Nederlands Kanker Instituut en andere melanoomcentra in Nederland. De afdeling dermatologie beschikt over de grootste pigmentlaesiekliniek van Nederland. LUMC is een landelijk expertisecentrum en Europees Referentiecentrum voor familiaal melanoom. De bijzondere positie van onze kliniek als melanoomcentrum in Nederland houdt ook verband met een grote populatie patiënten met erfelijk melanoom als gevolg van een CDKN2A-genvariant die in de omgeving van Leiden leeft.

Basale en translationele studies

De melanoomonderzoeksgroep is ingebed in de Cel- en Chemische Biologielaboratoria en neemt actief deel aan het Leids Centrum voor Computationele Oncology. Dit maakt de toepassing van geavanceerde moleculair-biologische en omics-technologieën mogelijk. Een algemeen doel is om het inzicht te vergroten in de moleculaire veranderingen die optreden in de vroege stadia van melanocytaire tumorigenese, om doelen voor preventie en therapie te identificeren die de behandeling van patiënten met een verhoogd risico op melanoom verbeteren.

Congenitale melanocytische naevi en dysplastische naevi bij patiënten met erfelijk melanoom brengen een aanzienlijk risico op kwaadaardige transformatie met zich mee. Om de ontwikkeling van melanoom door deze voorloperlaesies te voorkomen, onderzoeken we farmacologische en immunologische benaderingen om melanocytische naevi te elimineren, laesies bestaande uit melanocyten in een staat van door oncogenen geïnduceerde veroudering. CDKN2A is een kritisch tumorsuppressorgen en een vatbaarheidsgen voor melanoom. Dit gen op chromosoom 9p21 codeert voor de p16- en p14-eiwitten. De functies van CDKN2A, de gevolgen van de inactivatie ervan bij melanoom en mogelijke daarmee samenhangende therapeutische kwetsbaarheden worden bestudeerd met behulp van omics-methodologie. De onderzoeksgroepen maken gebruik van melanocytcelsystemen, 3D-huidorganoïdemodellen, ruimtelijke methoden om de micro-omgeving van het tumorimmuunsysteem te karakteriseren, computationele en screeningmethodologieën.

Klinische, genetische en beeldanalysestudies

Het goed georganiseerde management van patiënten met een verhoogd risico op melanoom garandeert de beschikbaarheid van klinisch geannoteerd patiëntenmateriaal voor onderzoeksdoeleinden en de mogelijkheid voor klinische vertaling van onderzoeksresultaten. Het optimaliseren van de behandeling van patiënten met een verhoogd risico op het ontwikkelen van melanoom is een centraal doel van onze onderzoeken. Een belangrijk doel is om ons begrip van de genetische basis van het familiale voorkomen van melanoom te vergroten, bestudeerd in samenwerking met de afdeling Klinische Genetica. De afdeling neemt deel aan genetische epidemiologische onderzoeken bij patiënten met erfelijk melanoom als gevolg van CDKN2A- en BAP1-genvarianten in Europese en mondiale consortia. Daarnaast worden huidbeeldvormingstechnologie en deep learning-beeldanalyse bij de vroege diagnose van melanoom bestudeerd.