Patiëntenfolder

Herseninfarct

Bij een herseninfarct (beroerte) is het van cruciaal belang zo snel mogelijk in een ziekenhuis te zijn waar vast kan worden gesteld wat er aan de hand is en wat de behandelmogelijkheden zijn. Daarna moeten die (vaak complexe) behandelingen zo snel mogelijk worden uitgevoerd. In het LUMC staat hiervoor dag en nacht een gespecialiseerd team klaar om dit zo effectief en zorgvuldig mogelijk te doen, zodat we de kans op herstel zo groot mogelijk maken.

Deze informatie is opgesteld door de afdeling(en) Neurologie.

Onze zorg

Wat is Herseninfarct?

Bij een herseninfarct raakt een bloedvat naar de hersenen verstopt, waardoor een deel van de hersenen geen bloed meer krijgt. Hierdoor sterven hersencellen af en raakt het getroffen deel van de hersenen beschadigd.  

Een herseninfarct is iets anders dan een hersenbloeding. Bij een hersenbloeding knapt een bloedvat in de hersenen, waardoor bloed in het hersenweefsel terecht komt en dit weefsel beschadigd raakt. Hoewel de gevolgen vergelijkbaar kunnen zijn, zijn een hersenbloeding en een herseninfarct dus twee verschillende aandoeningen met verschillende behandelingen.  

Een herseninfarct en een hersenbloeding staan ook wel bekend als een beroerte of een cerebro vasculair accident (CVA). Dit is de overkoepelde term voor deze twee aandoeningen en de naam zegt eigenlijk precies wat het is: een ongeluk in de bloedvaten van de hersenen. 

Verschijnselen

De klachten bij een herseninfarct ontstaan vrijwel altijd plotseling en hangen af van het deel van de hersenen dat in de problemen komt. Zit het infarct bijvoorbeeld links in de hersenen, dan kan het zo zijn dat de rechter gezichtshelft, arm en/of been verlamd raakt. Ook zit bij de meeste mensen links het taalcentrum. Als dit gebied getroffen wordt, kan het zijn dat iemand niet meer uit zijn woorden komt of de mensen om zich heen niet meer begrijpt. Ook zijn er delen van de hersenen die nodig zijn om wakker te blijven. Als deze worden getroffen, kan dat tot sufheid of zelfs een coma leiden.  

Als naaste zijn er een aantal tekenen waaraan u een mogelijke herseninfarct kunt herkennen. Door checks uit te voeren kunt u controleren of iemand daadwerkelijk last heeft van uitvalverschijnselen:

  • Gezicht: een herseninfarct kan gepaard gaan met een scheeftrekkend gezicht. Vraag de persoon in kwestie om zijn tanden te laten zien, zodat u kunt zien of er sprake is van asymmetrie. 
  • Arm/been: lijkt er sprake te zijn van plotse verlamming? Vraag de persoon dan om beide armen recht vooruit te steken. 
  • Taal: Heeft iemand plots moeite om uit zijn woorden te komen of slaat hij of zij wartaal uit? Vraag de persoon dan om een zin na te zeggen. Het kan ook zijn dat iemand wel een goed taalbegrip heeft, maar opeens heel onduidelijk spreekt.  
  • Overige tekenen: naast bovengenoemde tekenen, kan een herseninfarct leiden tot wazig of dubbel zien, blindheid aan één oog of een evenwichtsstoornis. Blijft u ook hier alert op. 

Oorzaak

De oorzaak van de bloedvatafsluiting is in bijna alle gevallen een bloedstolsel dat is vastgelopen in een bloedvat van de hersenen. Maar hoe kwam u aan een bloedstolsel in uw bloed? Daar kunnen verschillende oorzaken voor zijn. Aderverkalking is de meest voorkomende. Met het ouder worden, worden onze bloedvaten aan de binnenkant steeds ruwer door vet- en kalkafzetting. Op deze ruwe binnenkant kunnen zich stolsels vormen. Hier kunnen ook stukjes van afbreken die in nauwere vaten weer voor problemen zorgen. Naast ouderdom zijn er ook een aantal risicofactoren die dit proces sterk versnellen. Belangrijke risicofactoren zijn: een hoge bloeddruk, suikerziekte, roken en overgewicht.  Een andere bekende oorzaak is een hartritmestoornis. Als u bij ons komt vanwege een herseninfarct, besteden we ook ruim de aandacht aan deze onderliggende oorzaken en de behandeling hiervan.

Waarom u bij ons in goede handen bent

Als iemand een herseninfarct of een hersenbloeding heeft, noemen we dit een beroerte of CVA (cerebrovasculair accident). Bij een herseninfarct is een bloedvat naar de hersenen verstopt door een bloedstolsel. Door deze verstopping krijgt een deel van de hersenen geen bloed meer en sterft af. Hoewel we beroerte als verzamelnaam gebruiken, vraagt een herseninfarct om een hele andere behandeling dan een hersenbloeding. Hier leggen we u uit wat we in het LUMC allemaal doen als iemand bij ons komt met een herseninfarct.

Verstopping van het bloedvat te zien op hersenscan

Gestroomlijnd proces 

Als een bloedvat afgesloten raakt, begint een race tegen de klok. Iedere minuut dat de afsluiting langer duurt, daalt de kans dat het hersenweefsel het overleeft. Dat betekent dat ook de kans op goed herstel daalt. We moeten dus zo snel mogelijk alles in het werk stellen om het bloedvat weer open te krijgen. Dit logistieke proces begint al bij het moment dat de ambulance wordt gebeld. De afdelingen Neurologie, Radiologie en de Spoedeisende hulp hebben daarom samen met de ambulancedienst het traject dat wordt doorlopen gestroomlijnd om direct in actie te kunnen komen en geen tijd verloren te laten gaan. 

Intra-arteriële trombectomie (IAT) 

De voornaamste behandeling bij een herseninfarct is toediening van medicijnen die het stolsel in het bloedvat op kunnen lossen. Bij een klein deel van de mensen die getroffen worden, is een groot bloedvat nog verstopt door een stolsel. In dat geval werkt het toegediende medicijn onvoldoende en is in het LUMC ook een intra-arteriële trombectomie (IAT) mogelijk. Met een dun slangetje (een katheter) zoeken we vanuit de lies het verstopte bloedvat in de hersenen op en trekken het stolsel mee terug.

Intra-arteriële trombectomie (IAT) 

Dit is een nieuwe methode die in samenwerking met een groot aantal andere ziekenhuizen is ontwikkeld en alleen kan worden uitgevoerd in ziekenhuizen die hierin gespecialiseerd zijn.     

    

Wetenschappelijk onderzoek 

Het LUMC is naast een zorgcentrum ook een belangrijk centrum voor wetenschappelijk onderzoek naar herseninfarcten. We zijn continu op zoek naar nieuwe behandelingen of manieren om bestaande behandelingen te verbeteren. Vaak werken we voor dit soort onderzoeken ook samen met nationale en internationale centra. Bovendien is het vaak ook mogelijk om zelf mee te doen met wetenschappelijk onderzoek.

Video: Vraag het ons aflevering 5: Beroerte.

Diagnose

Een herseninfarct is een acute aandoening, waarbij we direct actie ondernemen. We stellen snel de diagnose en starten meteen de behandeling. We hebben de verschillende stappen in dit traject optimaal op elkaar afgestemd, zodat er geen kostbare tijd verloren gaat. Snel handelen is noodzakelijk om de gevolgen van het herseninfarct zoveel mogelijk te beperken. 

Hoe komt iemand met een beroerte bij ons terecht? 

Zodra ambulancediensten en artsen in onze regio denken dat er sprake is van een herseninfarct, zullen ze zo snel mogelijk contact met ons opnemen. Als de omstandigheden het toelaten, zorgen zij voor direct vervoer naar ons.

Binnenkomst bij de spoedeisende hulp

Het kan ook zijn dat er eerst voor een ander ziekenhuis wordt gekozen, bijvoorbeeld omdat dat dichterbij is en de eerste behandeling zo sneller kan starten. Daar vindt dan een eerste onderzoek plaats en worden indien mogelijk medicijnen toegediend om het stolsel op te lossen. Dit heet ook wel intraveneuze trombolyse (IVT). Als daarnaast een aanvullende behandeling nodig blijkt te zijn, kan er alsnog naar het LUMC worden uitgeweken.  

Wie komt u tegen en wat kunt u verwachten?  

Video: Behandeling acuut herseninfarct.

Bij binnenkomst 

Mensen met een herseninfarct komen bij ons altijd binnen op de Spoedeisende hulp. Een team dat bestaat uit een neuroloog, een spoedeisende hulp arts en gespecialiseerde verpleegkundigen, verricht daar direct de eerste onderzoeken. Vervolgens maken we een CT-scan van het hoofd (als dit niet al in een ander ziekenhuis is gebeurd). Blijkt er inderdaad sprake te zijn van een herseninfarct en zijn er in een eerder stadium nog geen stolseloplossende medicijnen toegediend, dan gebeurt dit meteen. Belangrijk bij deze behandeling is wel dat de klachten niet langer dan 4,5 uur bestaan. Duren de klachten al langer, dan is deze behandeling niet meer effectief en slaan we deze stap over. Ook als er (medische) redenen zijn om geen stolseloplossende medicatie te gebruiken, gaan we meteen door met het vervolgonderzoek.  

Vervolgonderzoek      

Na de eerste CT-scan en de eventuele start met stolseloplossende medicatie, volgt een tweede CT-scan om de bloedvaten in de hersenen goed in beeld te brengen. We dienen hiervoor via een infuus een contrastmiddel toe. Voor deze tweede scan hebben we in het LUMC een speciale scanner die ook meteen kan laten zien welke delen van de hersenen te weinig bloed krijgen.  

CT-scan van de hersenen

Bij een klein deel van de patiënten blijkt uit de tweede scan dat er sprake is van een groot stolsel dat een groot bloedvat blokkeert. In dat geval  is een behandeling met stolseloplossende medicijnen vaak onvoldoende en brengen we de patiënt naar een speciale behandelkamer met röntgenapparatuur (een angiokamer).  Daar zoeken we met een dun slangetje (katheter) vanuit de lies het bloedvat in het hoofd op en proberen het stolsel eruit te trekken. Deze katheterbehandeling heet intra-arteriële trombectomie (IAT). 

Behandeling

Welke behandelingen zijn er mogelijk?

Intra-arteriële trombectomie (IAT) 

Bij de katheterbehandeling wordt via de slagader in de lies een katheter ingebracht. De katheter brengen we omhoog tot het uiteinde ervan in de halsslagader ligt. Via de katheter brengen we vervolgens een nog dunnere katheter in tot in het afgesloten bloedvat in het hoofd. Wat daarna het beste werkt, is niet bij ieder stolsel hetzelfde, maar meestal leggen we via de dunne katheter een metalen buisje (een stent) in het stolsel. Deze stent verankert zich in het stolsel. Wanneer we de stent weer verwijderen, trekt hij het stolsel mee naar buiten. 

Schematische weergave IAT 

De katheterbehandeling is maar in een beperkt aantal ziekenhuizen mogelijk en wordt gedaan door een arts die hierin is gespecialiseerd. Deze arts beoordeelt of de behandeling technisch mogelijk is en of die met of zonder narcose uitgevoerd kan worden. Dit is uiteraard een belangrijk verschil, maar aan beide opties zitten voor- en nadelen. Zonder narcose maakt de patiënt de behandeling bewust mee. Ons team laat in dat geval zo veel mogelijk tijdens de behandeling weten wat er gebeurt. 

Net als bij een behandeling met stolseloplossende medicatie, geldt ook voor een katheterbehandeling een tijdslimiet. Onderzoek heeft aangetoond dat deze behandeling de uitkomst verbetert, mits gestart in de eerste 6 uur na het ontstaan van de klachten. Als de klachten al langer bestaan, zullen we op de zogeheten stroke unit op de afdeling Neurologie de gevolgen van het herseninfarct zoveel mogelijk beperken, bijvoorbeeld door snel te starten met revalidatie en medicatie toe te dienen die helpt bij het voorkomen van een nieuw herseninfarct. 

Na de behandeling 

Na afloop van de katheterbehandeling vindt het herstel plaats op de stroke unit van de afdeling Neurologie. Dit is een bewaakte afdeling waar doorlopende observatie plaatsvindt. Bij een behandeling onder narcose wordt opname op de stroke unit nog voorgegaan door een korte periode op een uitslaapkamer.  

Wat is de prognose?

Resultaat van de behandeling  

Zodra de omstandigheden het toelaten en de eventuele narcose is uitgewerkt, vertellen we wat het resultaat van de behandeling is. Daarnaast doen we altijd onze uiterste best om zo snel mogelijk de naasten op de hoogte te brengen. Dit kan tijdens een gesprek in het ziekenhuis zijn of via een telefonisch bericht als er nog niemand gearriveerd is.  

Houdt u er wel rekening mee dat we direct na de behandeling slechts een eerste indicatie kunnen geven van het resultaat. Zo kunnen we aangeven of het bloedvat goed open is gegaan en of zich complicaties hebben voorgedaan. Welk effect de behandeling daadwerkelijk heeft gehad op de gevolgen van het herseninfarct is lastig te voorspellen en is vaak pas na langere tijd meetbaar. 

Wat is de prognose? 

De prognose bij een herseninfarct hangt van veel factoren af. In eerste instantie van welk bloedvat afgesloten werd. Was het een groot of klein bloedvat en naar welk deel van de hersenen ging het? Met onze behandelingen proberen we zoveel mogelijk hersenweefsel te ‘redden’. Helaas treedt schade zo snel op dat een herseninfarct zelfs bij snel ingrijpen meestal tot blijvend letsel leidt. In welke mate iemand weer zal herstellen, kunnen we pas na maanden vaststellen. Dit kan variëren van geen of minimale klachten tot ernstige handicaps. Als iemand in de eerste dagen herstel laat zien, is dat een gunstig teken. Algemeen blijft gelden: hoe sneller we een vat weer open krijgen, hoe beter de prognose is.  

Meedoen aan wetenschappelijk onderzoek

In het LUMC doen we voortdurend onderzoek naar nog betere behandelmethoden bij herseninfarcten. Dat kan eigen onderzoek zijn of een groter onderzoeksproject waar ook ander centra aan meewerken. Uit dit soort onderzoeken is bijvoorbeeld de katheterbehandeling voortgekomen. En we blijven op zoek naar mogelijkheden om de zorg bij een herseninfarct te verbeteren.  

Als patiënt kunt u daar soms bij helpen door mee te doen met een onderzoek. Als u hiervoor in aanmerking komt, zal de arts dit uitgebreid met u bespreken. Een (arts)-onderzoeker of een onderzoeksverpleegkundige zal u daarna verder informeren en u uiteindelijk om toestemming voor het onderzoek vragen. Uiteraard is de keuze volledig aan u of u meedoet. Deelname aan wetenschappelijk onderzoek is altijd vrijwillig. Als u niet mee wilt doen, heeft dit geen invloed op uw verdere behandeling.  

Nazorg

Een herseninfarct leidt soms tot tijdelijke beperkingen, maar kan ook levenslange gevolgen hebben. We proberen u hier zoveel mogelijk bij te ondersteunen en te begeleiden. Niet alleen in het ziekenhuis, maar ook daarbuiten.

Welke specifieke nazorg kunnen we bieden bij deze aandoening?

Welke verdere zorg u na de behandeling van het herseninfarct nodig hebt, hangt af van de klachten die u nog hebt. Al tijdens uw opname in het LUMC starten we meestal met fysiotherapie, ergotherapie en, indien nodig, logopedie. Op de verpleegafdeling werken verder gespecialiseerde neurologieverpleegkundigen die het gewend zijn om met patiënten met een neurologische beperking om te gaan. Ook kunt u leerling-verpleegkundigen tegenkomen die het vak nog moeten leren. Zij staan u bij in de algemene dagelijkse levensbehoeften, zorgen voor het verstrekken van de juiste medicijnen en bieden een luisterend oor als daar behoefte aan is. Het hele team op de afdeling Neurologie zorgt dat u goed opgevangen wordt en de eerste stappen maakt in het revalidatieproces.

Fysiotherapieruimte

Zorg na ontslag uit het ziekenhuis 

Voordat we u uit het ziekenhuis ontslaan, beoordelen we welke zorg u verder nog nodig hebt. In ernstige gevallen kan dit verpleeghuiszorg zijn, maar het is ook mogelijk dat u naar een revalidatiecentrum gaat of dat u naar huis kunt om  verder te revalideren als dat nodig is (eventueel met hulp van thuiszorg). Wij helpen u bij het vinden en organiseren van deze verdere zorg. Al op één van de eerste opnamedagen kijken we aan de hand van de beoordeling van de revalidatiearts en een aantal criteria, welke plek voor u het meest geschikt is. Dit hangt met name samen met de hoeveelheid beperkingen die u hebt ten gevolge van het herseninfarct en in welke mate u een hoeveelheid therapie aankunt. 

Controle 

Na uw ontslag uit het ziekenhuis komt u meestal nog een keer bij de neuroloog terug voor een controleafspraak. Tijdens deze afspraak evalueren we hoe het met u gaat en bespreken we eventueel de uitslagen van aanvullende onderzoeken. Ook bespreken we (nogmaals) wat bij u de mogelijke oorzaak is geweest van het herseninfarct en wat u zelf kunt doen om de kans op herhaling te verkleinen. Vaak maken we ook een afspraak voor u met de vasculair verpleegkundige. Zij zal uw persoonlijke risicofactoren nog eens met u doornemen. 

Bent u na het ontslag uit het ziekenhuis direct naar huis gegaan en woont u in de regio? Dan komt na enkele dagen een gespecialiseerde verpleegkundige bij u langs om te kijken hoe het met u gaat. Hier hebben we afspraken over gemaakt met thuiszorgorganisaties in de omgeving van Leiden. Naast eventuele controles op de polikliniek, bellen we bovendien elke patiënt die met een beroerte bij ons is opgenomen na 3 maanden om te informeren hoe het gaat. Ook infomeren we uw huisarts over de reden van uw opname, wat we tijdens uw opname hebben gedaan en waarnaartoe u ontslagen bent.  

Waar moet u op letten na uw behandeling?

Blijft u altijd alert op alarmsymptomen of verschijnselen die wijzen op een nieuwe beroerte, zoals plotselinge uitval. Bel bij plotselinge uitval meteen 112 of de huisartsenpost en wacht vooral niet af. Ook bij klachten die geleidelijk ontstaan adviseren we u meteen contact op te nemen met uw huisarts, zodat hij of zij direct met ons kan overleggen. In overleg maken we dan een afspraak op de polikliniek of laten u meteen naar het LUMC komen.  

Om de kans op een nieuw infarct te verkleinen krijgt u medicijnen mee. Dat kunnen bijvoorbeeld bloedverdunners, bloeddrukverlagers of cholesterolverlagers zijn. Daarnaast geven we u adviezen mee ten aanzien van uw leefstijl. Stop met roken, drink slechts minimaal alcohol, beweeg zeker een half uur per dag en probeer zo nodig af te vallen. Het zijn adviezen die mogelijk een hoop van u vragen, maar door ze op te volgen kunt u de kans op een nieuw herseninfarct aanzienlijk beperken.   

Contact bij problemen na uw behandeling

Loopt u na de behandeling tegen problemen aan of hebt u nog vragen? U kunt altijd contact opnemen met de vasculair verpleegkundige van de afdeling Neurologie en/of uw behandelend neuroloog. U kunt hen bereiken via de polikliniek Neurologie op telefoonnummer 071 - 526 21 11 (op werkdagen tussen 08.30 en 12.00 uur).   

Bij urgente problemen kunt u buiten kantooruren terecht op de spoedeisende hulp van het LUMC.  

Behandelteam

Behandelteam

Bij een herseninfarct is altijd een groot team van hulpverleners betrokken. Als patiënt zult u dus veel verschillende gezichten zien. Van de neuroloog bijvoorbeeld, maar ook van de arts op de Spoedeisende hulp, de interventie-specialist, de anesthesist, röntgen-laboranten, physician assistants, anesthesie-medewerkers, verpleegkundigen, revalidatieartsen, fysiotherapeuten, ergotherapeuten, logopedisten en zorgondersteuners. En omdat het LUMC een universitair ziekenhuis is waar veel zorgverleners in opleiding zijn, kunt u ook een arts-assistent of een co-assistent tegenkomen. Sommige van deze specialisten ziet u maar heel even, anderen veel vaker. Samen slaan ze de handen ineen om u de beste zorg te bieden.

Dr. N.D. Kruyt 

Neuroloog

Drs. O.M. Overbeek 

Neuroloog

Dr. M.J.H. Wermer 

Neuroloog

Dr. M.C. Burgmans 

Interventieradioloog

Dr. A.R. van Erkel 

Interventieradioloog

Dr. R.W. van der Meer 

Interventieradioloog

Dr. C.S.P. van Rijswijk 

Interventieradioloog

Dr. M.A.A. van Walderveen 

Radioloog

Dr. P.W.A. Willems 

Neurochirurg

E. Bos-Verheij 

Senior verpleegkundige

E.M. Markman 

Physician assistant

Ons onderzoek

Aan welke studies kan je meedoen?

Waar doen we momenteel onderzoek naar? 

De onderzoeken naar herseninfarcten in het LUMC zijn divers en wisselen elkaar af. Momenteel lopen er een aantal verschillende onderzoeken:  

Relatie met migraine en vrouwspecifieke factoren 

Binnen het LUMC doen we veel onderzoek naar de relatie tussen migraine en andere vrouwspecifieke risicofactoren voor herseninfarcten. We hebben sterke aanwijzingen dat de risicofactoren voor een herseninfarct bij mannen en vrouwen verschillen. Bij jonge vrouwen met migraine met aura is de kans op een herseninfarct verhoogd. Gelukkig is een herseninfarct bij jonge vrouwen heel erg zeldzaam en is de kans op een herseninfarct zelfs bij patiënten met migraine nog steeds ontzettend klein. Maar we kunnen wel leren over de oorzaken van herseninfarcten door de rol van migraine bij het ontstaan hiervan te onderzoeken. Zo kijken we of migrainepatiënten veranderingen hebben in de vaatwand of in de functie van een bepaald type cellen in de vaatwand.  

In samenwerking met gynaecologen bekijken we daarnaast de relatie tussen eventuele zwangerschapscomplicaties, migraine en de kans op ziekten van de vaten op oudere leeftijd. Dit onderzoek wordt ondersteund door de Nederlandse Hartstichting. Door de oorzaak van herseninfarcten beter te begrijpen, hopen we ze beter te kunnen behandelen en in de toekomst te kunnen voorkomen.  

Dynamische CT-angiografie 

In het LUMC beschikken we over de allernieuwste CT- en MRI-scanners, waarmee we onderzoeken welke radiologische bevindingen voorspellen wat de uitkomst van een behandeling zal zijn. Een behandeling in de acute fase van een herseninfarct leidt namelijk niet bij alle patiënten tot een verbeterde uitkomst. Met behulp van een state-of-the-art CT-scanner kunnen we zeer snelle opnames van de hersenen na een injectie met contrastvloeistof maken. Dit noemen we dynamische CT-angiografie. We kijken hiermee in detail naar de hersenslagaders rondom het afgesloten bloedvat (de collaterale status) en het afvloedsysteem van de hersenen. Zowel de mate als de snelheid van vulling van deze hersenbloedvaten is belangrijk voor de uitkomst na behandeling.  

Beoordeling dynamische CT-angiografie 

Door gebruik te maken van deze en andere  scantechnieken hopen we in de toekomst meer op het individu gericht te kunnen behandelen en nog nauwkeuriger te kunnen voorspellen wat de uitkomst van een behandeling zal zijn. Ook hopen we op deze manier dat we bij patiënten bij wie de klachten langer dan 6 uur bestaan, de katheterbehandeling veilig en effectief kunnen uitvoeren, zodat ook zij een kans hebben op een betere uitkomst. 

LUMC en Parelsnoer Instituut biobank project 

We doen mee met het LUMC and Parelsnoer Instituut biobank project. Door bloed en medische gegevens van beroertepatiënten te verzamelen, hopen we meer te leren over genetische factoren en andere oorzaken en gevolgen van herseninfarcten. Het Parelsnoer Instituut is een samenwerking tussen de academische ziekenhuizen in Nederland. 

Behandeling bij hoge bloeddruk (TRUTH studie) 

We coördineren de TRUTH studie, een landelijk onderzoek naar de beste behandeling van een hele hoge bloeddruk bij patiënten met een acuut herseninfarct. Momenteel is dat namelijk nog niet duidelijk en behandelen sommige centra wel, en sommige centra niet actief met bloeddrukverlagende medicijnen. 

Optimalisatie logistiek proces acute zorg bij een beroerte (ARTEMIS studie) 

Er wordt momenteel een groot onderzoek opgezet vanuit het LUMC waarbij we het logistieke proces in kaart brengen vanaf het moment dat de patiënt hulp inroept tot aan behandeling in het ziekenhuis. Met deze informatie kunnen we dit proces verder optimaliseren. Deze zogeheten ARTEMIS studie waarbij we ook nadrukkelijk samenwerken met de ambulances, zal in Leiden en Amsterdam worden uitgevoerd en wordt ondersteund door de Hersenstichting. 

Samenwerkingsverbanden 

Onderzoek naar herseninfarcten doen we vaak niet alleen. Om de beste resultaten te boeken, werken we veel samen met andere ziekenhuizen en instellingen en nemen we deel aan grote landelijke onderzoeken.  

Meer informatie

Contact

Wilt u meer weten of hebt u nog vragen? Neem dan contact met ons op of volg de links voor aanvullende informatie.  

Patiëntportaal mijnLUMC 

In het patiëntportaal mijnLUMC vindt u een duidelijk overzicht van uw behandelingen en hebt u inzicht in uw medische gegevens. Snel en veilig. Thuis, onderweg en in het ziekenhuis. 

Patiënt verwijzen 

Informatie voor artsen en instellingen die patiënten naar het LUMC willen verwijzen.

Contactgegevens voor patiënten 

  • Polikliniek Neurologie: 071-526 21 11 

Overig

Wat kunt u als naaste doen? 

Is iemand getroffen door een herseninfarct, dan kunt u als naaste vooral helpen door er voor die persoon te zijn en steun te bieden. De getroffene moet bij u vooral een moment van ontspanning kunnen ondervinden. U kunt in overleg met de verpleging de rust- en bezoekmomenten op elkaar afstemmen.  

Tijdens uw bezoeken zult u verschillende van onze specialisten tegenkomen. Bijvoorbeeld een zaalarts, therapeuten en de revalidatiearts. We starten altijd zo snel mogelijk met revalidatie, omdat dit de kans op herstel vergroot. We kijken ook meteen waar de verdere revalidatie plaats kan vinden; thuis of in een gespecialiseerd centrum. Als naaste kunt u ook helpen bij de revalidatie, door mee te helpen met oefeningen. De revalidatiearts zal u hier meer over vertellen.