Nursing is a Work of Heart

“Mensen zeggen vaak: ‘Wat jij doet, zou ik echt niet kunnen!’”

1 mei 2024
leestijd
Sinds maart dit jaar is Melissa gediplomeerd SEH-verpleegkundige. Op haar dertiende maakte ze zelf een ernstig auto-ongeluk mee, dus ze weet hoe dat voelt. “In de traumakamer van het ziekenhuis staat opeens een medisch team om je heen. Je hebt geen idee wat ze met je gaan doen.”

Wie of wat heeft jou geïnspireerd om verpleegkundige te worden?

“Na een auto-ongeluk met ons gezin kwam ik zelf op de Spoedeisende Hulp terecht. Ik was dertien en we waren op vakantie in het buitenland. We werden alle vier met letsel naar het ziekenhuis gebracht. Ik had een gebroken rug en moest met spoed naar de OK. Het was een heftige ervaring, maar ook mooi. Op de spoed stond een team van zorgverleners klaar om mij te helpen. Liggend op het bed in die traumakamer dacht ik: dit werk wil ik later ook doen. Gelukkig is het met mij en mijn vader, moeder en broertje goed afgelopen. Ik zat in de derde van het vmbo en ging een jaar later naar ROC Mondriaan om verpleegkundige te worden.”

Welke patiënt heeft het meeste indruk op je gemaakt en ben je nooit vergeten?

“Je kunt dit werk niet doen als je thuis nog steeds aan de patiënten denkt. Als ik de afdeling afloop, kan ik gelukkig alles loslaten. Laatst deden we een reanimatie van een jongen van 26 jaar die een suïcidepoging had gedaan. Dat hakte er bij mij wel in, vooral omdat hij zo jong was. We doen veel reanimaties, maar dat zijn meestal oudere mensen. Bij deze jongen dacht ik: wat heb jij allemaal meegemaakt dat het zover moest komen? Zijn vader was erbij. Toen besloten werd om met de reanimatie te stoppen, zag ik hem helemaal instorten. Gelukkig kon ik er daarna met collega’s over praten.”

Je bent tien jaar verpleegkundige. Hoe kwam je op de Spoedeisende Hulp van het LUMC terecht?

“Na mijn opleiding mbo Verpleegkunde werkte ik drie jaar op de afdeling Chirurgie van Alrijne. Daarna was ik een halfjaar verpleegkundige op Aruba. Daar kon ik na het werk lekker naar het strand. Weer in Nederland werkte ik voor een detacheringsbureau in verschillende ziekenhuizen. Ik wist dat ik op een Spoedeisende Hulp wilde werken, maar ik wilde eerst ervaring opdoen. In 2020 solliciteerde ik bij het LUMC, omdat dit ziekenhuis een level1-traumacentrum heeft. Ik werkte eerst vanuit een flexpool en startte in 2022 met de interne opleiding tot SEH-verpleegkundige.” 

Het LUMC heeft een level1-traumacentrum en een transplantatiecentrum. Wat betekent dat voor jouw werk als SEH-verpleegkundige?

“In een level1-traumacentrum komen zwaargewonde patiënten met complexe letsels binnen. Dat kunnen slachtoffers van verkeersongelukken zijn, maar bijvoorbeeld ook een baby die van een commode is gevallen. Omdat het LUMC een transplantatiecentrum heeft, vang ik ook regelmatig mensen op met ernstige complicaties na hun transplantatie. Het klinkt gek maar hoe complexer de opvang, des te interessanter ik het vind. Tijdens mijn opleiding hielp ik eerst mensen met klein trauma, zodat ik eraan kon wennen. De eerste patiënt die van zijn fiets was gevallen, vond ik heel spannend. De eerste reanimatie ook. Nu ben ik eraan gewend en weet ik wat ik moet doen.”

Op de Spoedeisende Hulp komen toch ook veel mensen met klein trauma, zoals een snee in hun vinger of een gebroken pols?

“Ja, zeker. Het ene moment sta ik bij een reanimatie en even later leg ik gips aan bij iemand met een gebroken pols. Ik heb ’s ochtends geen idee hoe mijn dag eruitziet. Juist die afwisseling vind ik zo leuk, en alleen maar heftige dingen meemaken trek ik ook niet. Mensen zeggen vaak tegen mij: ‘Wat jij doet, zou ik echt niet kunnen!’ Maar een 9-tot-5-baan of de hele dag achter een computer zitten, dat is niets voor mij. Ik vind het heerlijk dat ik onregelmatige diensten heb en de hele dag snel moet handelen. Ik loop heel wat af tijdens mijn werk, zeker tienduizend stappen per dag.”

Jij maakte als kind zelf een auto-ongeluk mee. Heeft dat invloed op jouw manier van werken?

“Ik help mensen zoals ik zelf ook geholpen wil worden. In de traumakamer van het ziekenhuis staat opeens een medisch team om je heen. Je hebt geen idee wat ze gaan doen. Ik weet nog dat ik dat op mijn dertiende enorm spannend vond. Als verpleegkundige sluit ik de patiënt aan op de monitor, neem bloed af, leg het infuus aan. Maar ik probeer vooral de patiënt gerust te stellen. Ik zeg: ‘We gaan je van top tot teen nakijken. Laat het allemaal over je heen komen. We leggen zo alles uit wat we hebben gedaan en nog gaan doen.’ Dat is belangrijk voor de patiënt, maar ook voor de familie.”

Patiënten zijn altijd kort op de Spoedeisende Hulp, dus je bouwt als SEH-verpleegkundige niet snel een band op.

“Toch zijn patiënten en hun familie vaak heel dankbaar dat ze door ons zo goed zijn geholpen. Als ze naar huis mogen of naar een andere afdeling gaan, spreken ze hun waardering uit. Soms krijgen we een lief kaartje of gebak. Die komen ze dan later even brengen. Ik bouw in die korte tijd inderdaad geen band op met patiënten. Soms ben ik wel nieuwsgierig hoe het met iemand gaat. Dan bel ik even naar de afdeling waar de patiënt is opgenomen: ‘Ik heb vandaag deze patiënt opgevangen, hoe gaat het er nu mee?’ Ik hoop dan natuurlijk op goed nieuws, maar dat is helaas niet altijd zo.”

In maart rondde je de interne opleiding tot SEH-verpleegkundige af en kreeg je je diploma. Ben je daar trots op?

“Ik ben vooral trots op mijn werkbegeleiders Cindy en Joop. Zij hebben me de afgelopen twee jaar tijdens mijn interne opleiding begeleid. Ik kwam binnen als basisverpleegkundige, alles was nieuw en spannend voor me. Zij hebben me er goed doorheen geholpen en ik kan nog steeds bij ze terecht. We hebben een geweldig team, dus ik kan bij veel collega’s terecht als er iets is. Eind van de middag hebben we een dagbespreking. Als ik iets heftigs meemaak, kan ik het daar kwijt. Maar ik ben ook trots op mezelf. Het was mijn doel om ooit op een Spoedeisende Hulp te werken en dat is gelukt.”